In dit Burgerweeshuisboek dat bewaard wordt in het Stadsarchief Amsterdam staat te lezen dat Petronella Tim op 4 december 1796 werd gedoopt, 18 januari 1804 Ingekomen is en bij de kolom Uitgegaan staat niets vermeld. Hieruit kunnen we concluderen dat Petronella het weeshuis nooit heeft verlaten.
In het weeshuis groeiden ook kinderen op die om de een of andere reden niet zelfstandig in de maatschappij konden functioneren. Deze kinderen werden niet aan hun lot overgelaten. Ze mochten in het weeshuis blijven wonen en kregen taken die voor hen geschikt waren. De regenten en regentessen zorgden goed voor hun weeskinderen. Natuurlijk is het nooit leuk om wees te zijn, maar kwam je in dit weeshuis dan was je verzekerd van een goede verpleging (verzorging) en opleiding. Je moet dit ook in die tijd zien. Vele kinderen zullen het veel slechter hebben gehad dan deze kinderen in het Burgerweeshuis Amsterdam.
In mijn boek Merk- en stoplappen uit het Burgerweeshuis Amsterdam staat de mooie stoplap van Kaatje afgebeeld waar de initialen PT op geborduurd staan. Via het familieverhaal weet ik dat het hier om Pietje (Petronella) Tim gaat. Zij was de hulp van de Opper-Linnen-Naaimatres Anna Catrina Raaphorst. Toen ik het boek schreef wist ik nog niet waarom Pietje Tim het weeshuis nooit had verlaten. Later dook onderstaand document op.
We lezen: Tim Petronella – Gezond Bevonden – Is geheel doof – Den 16 Maart 1824 lidmaad geworden – overleden in het gesticht aan longontsteking den 2den Febr. 1880.
Pietje Tim was doof waardoor ze dus niet zelfstandig kon functioneren in de maatschappij en in het weeshuis bleef wonen tot aan haar overlijden.
Gelukkig is doofheid nu geen beperking meer waardoor je niet zelfstandig kunt leven, wonen en werken! Wel bijzonder dat jullie dit gevonden hebben…
@Josefien, gelukkig maar!
Een enkele keer kom je alsnog onverwachts info tegen waar je al lang naar op zoek was!