Wollen-Matres


Maria Sophia Rebergen. Collectie De Ridder betreffende het Burgerweeshuis, Stadsarchief Amsterdam.

Het Groote-Meisjes-Huis van het Burgerweeshuis Amsterdam bestond uit drie ateliers die ‘winkels’ werden genoemd. Het zijn de stijfwinkel, de wollenwinkel en de brei- en linnenwinkel die elk onder toezicht stonden van vrouwelijke suppoosten (werkneemsters). Van 1835 tot 1853 was Maria Sophia Rebergen de Wollen-Matres van de wollenwinkel. Op merklappen die tijdens deze periode in het weeshuis zijn gemaakt zien we haar naam terugkomen in de vorm van de geborduurde initialen SRB: Sophia Rebergen. In mijn boek Merk- en stoplappen uit het Burgerweeshuis Amsterdam staat de instructie van Maria Sophia Rebergen – omschrijving van artikel 1 tot en met 15 – te lezen.

In dit bericht lees je over een rekening van de Opper-Linnen-Matres Anna Catrina Raaphorst die zij stuurde naar Mevrouw Fraser voor verrichte werkzaamheden door de linnenwinkel van het Burgerweeshuis Amsterdam.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *