Truien bij de Vleet

Zeeuwse visserstruien en hun verhaal.

Had elk Zeeuws vissersdorp een unieke, eigen visserstrui? En zo ja, hoe zag die er dan uit?


Op de tentoonstelling ‘Truien bij de Vleet’ duik je in de geschiedenis van het visserijverleden van Zeeland. En ga je op zoek naar de originele, handgebreide visserstruien zoals die gedragen werden tussen 1880 en 1955 in Arnemuiden, Breskens, Brouwershaven, Bruinisse, Tholen, Philippine, Yerseke, Veere, Vlissingen en Zierikzee.

Je wordt meegenomen naar de zoektocht en ontdekt niet alleen heel veel verloren gewaande truien en patronen maar ook hoe dit kledingstuk ontstaan is en hoe vissers en hun gezinnen leefden in die tijd.

Naast ruime aandacht voor het visserijverleden vind je authentiek beeldmateriaal. Bovendien is het mogelijk de proeflapjes van de gevonden visserstruien van dichtbij te bekijken en aan te raken. Nieuwe foto’s van de gevonden truien maken de verhalen compleet!

De tentoonstelling ‘Truien bij de Vleet’ is te bezichtigen in de Zaagloods van de Historische Scheepswerf C.A. Meerman te Arnemuiden van 30 september tot en met 1 november 2014. Openingstijden: dinsdag tot en met zaterdag van 13.00 tot 17.00 uur. Toegang en parkeren GRATIS.

Gesprek van de dag

Manlief doet boodschappen bij Albert Heijn XL. Hij gaat naar de broodafdeling en vraagt of er nog licht meergranen vloerbrood is.

Medewerker: ‘Nee, dat hebben we niet meer. Dat is nu biologisch geworden.’
Manlief: ‘Wat is er dan biologisch aan?’
Medewerker: ‘Nou, dat de koeien vrij rondlopen in een weiland en de melk van deze koeien wordt gebruikt om dit biologisch brood te maken.’
Medewerkster: ‘Nee joh, melk wordt alleen gebruikt voor wit brood.’
Medewerker: ‘Dan weet ik ’t ook niet.’

Hanneke Hendrix en Jaap Robben

De jonge schrijvers Hanneke Hendrix en Jaap Robben waren gisteravond te gast bij boekhandel Koops.


Hanneke Hendrix groeide op in Grubbenvorst en woont momenteel in Nijmegen. Haar tweede roman De Dyslectische Hartenclub is onlangs verschenen. De roman gaat over drie vrouwen met brandwonden die een ziekenhuiskamer onder voortdurende politiebewaking delen. Ze voelen zich bedreigd en schakelen hun bewaker uit. Er rest hun niets anders dan te vluchten.

Hanneke Hendrix schrijft haar boeken op de bovenverdieping van Café In de Blaauwe Hand. In de Blaauwe Hand is het oudste café van Nijmegen en is gevestigd in een van de oudste panden van de stad. Oorspronkelijk vormde dit pand met de huizen er naast één gebouw, namelijk de Lakenhal. Deze Lakenhal of Gewandthuis werd omstreeks 1320 gebouwd. De blauwgrijze pilaren die je her en der in de gevels en in de panden ziet, stammen uit die tijd. De begane grond was een open ruimte die diende als overdekte marktplaats voor het laken (is een wollen stof die eerst wordt geweven en vervolgens wordt vervilt, waardoor hij warmer is dan geweven stoffen maar sterker dan vilt. Lakense stof wordt gebruikt om kleding van te maken, maar ook voor het bekleden van meubels en wanden) en andere waar. Op de eerste verdieping waren de weverij en lakenververij. Het laken werd in allerlei kleuren geverfd, maar indigo, een donkerblauwe kleurstof, overheerste de andere kleuren. Dit verven was handwerk en lakenververs waren dan ook herkenbaar aan hun blauwe handen.

Omstreeks 1540 was het gedaan met de lakenhandel en werd het gebouw, eerst alleen de begane grond, opgedeeld in aparte woon- en werkruimte. Op kleine schaal werd er nog wel geweven en geverfd. De ruimte waarin nu Café In de Blaauwe Hand is gevestigd ontstond in 1542 en deed sindsdien dienst als dranklokaal dat vermoedelijk veel werd bezocht door de lakenververs. Het werd in de volksmond daarom al snel ‘blaauwe hand’ genoemd. Overigens werden in het keldergewelf van de Lakenhal al rond 1400 bier- en wijnvaten opgeslagen voor feesten in de Lakenhal. Zo was op 9 februari 1546 Keizer Karel de Vijfde aanwezig op een groot feest in dit pand.

In 1797, tijdens de Franse bezetting, moesten huizen een nummer of een gedeponeerde naam voeren en toen is de gevelsteen met De Blaauwe Hand bevestigd in de voorgevel. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft de rij Lakenhalpanden relatief weinig schade geleden. Bron: De website van Café In de Blaauwe Hand.


Jaap Robben woont eveneens in Nijmegen en maakt met Birk zijn romandebuut. Hij was al bekend als dichter en kinderboekenschrijver. Hij treed regelmatig op met zijn theatergroep FIEN. Zijn roman gaat over mensen die het samen moeten zien te rooien op een eiland. Een verstild boek, vol schuld, troost en verwijten.

Eerder maakte je kennis met Jaap Robben op dit blog en wel met het leuke gedicht Knolletjes sokken.

Bon Dieu!


De Franse komedie Bon Dieu! is in eigen land een grote bioscoophit. Bijna tien miljoen bezoekers trok de film. Na Intouchables de best bezochte film in Frankrijk. Toch haalt Bon Dieu! niet de kracht en de bijzonderheid van Intouchables.

Een katholiek echtpaar met een prachtig landhuis aan de Loire heeft vier dochters. De ene dochter trouwt met een Marokkaan, de tweede met een Chinees en derde met een Israëlier. Dat is even slikken. Alle hoop is gevestigd op de vierde dochter. Hun droom blijkt werkelijkheid te worden als zij horen dat ze een katholieke jongen heeft ontmoet, maar dan komt ze thuis met een Afrikaan. Hier kun je de trailer bekijken.

Dorsvloer vol confetti


Gisteravond was de voorpremière van de film Dorsvloer vol Confetti die gebaseerd is op het gelijknamige boek van Franca Treur. De slimme twaalfjarige Katelijne groeit als enige dochter op in een streng gereformeerd boerengezin in Zeeland. Zij wordt nauwelijks betrokken bij het boerenwerk, hoe graag ze ook zou willen, waardoor de gesprekken aan tafel met haar zes broers grotendeels aan haar voorbij gaan. Katelijne helpt met het huishouden, maar het liefste brengt ze haar tijd door met lezen. Verhalen en ook sprookjes die ze eigenlijk niet mag lezen omdat het leugens zijn. Lezen en leren is belangrijk voor Katelijne. Ze doet zo goed haar best dat de meester aan haar ouders komt vertellen dat Katelijne naar het VWO in Goes kan.

Tot aan de pauze is het een aaneenschakeling van beelden. Je vraagt je af, waar gaat dit heen. Spraakzaam is men niet in het gezin, maar wellicht hoort dit bij het strenge geloof. Na de pauze gaat het de betere kant op, maar om deze film vier sterren te geven, is iets te veel van het goede. Hendrikje Nieuwerf speelt de rol van Katelijne voortreffelijk. Zij is absoluut de grote troef van de film.

In de slaapkamer van Katelijne hangt een merklap die door Jeanny is geborduurd.

Hier kun je de trailer bekijken van de film Dorsvloer vol confetti.

Parachutes voor vrijheid


Vandaag is het zeventig jaar geleden (17 september 1944 – 17 september 2014) dat de bevrijding van Son en Breugel en Zuid-Nederland begon: Operatie Market Garden. Het begin van het einde van ruim vier jaar wrede overheersing. Moedige strijders van de 101st Airborne Division landden per parachute bij Sonniuswijk.


Ter gelegenheid van 70 jaar bevrijding is een bijzonder kunstproject tot stand gekomen: zeventien grote parachutes sieren de landingsbaan en het centrum van mijn geboortedorp Son. Zij vormen een eerbetoon en dank aan de bevrijders.

Prinsjesdag 2014 – Hoedjesparade

Prinsjesdag is de dag waarop de koning(in) naar het parlement komt om de Troonrede voor te lezen. Dat gebeurde voor het eerst op 2 mei 1814. De Troonrede werd aanvankelijk uitgesproken ter gelegenheid van de opening van de zitting (vergaderperiode) van de Staten-Generaal. Gewone zittingen begonnen in het najaar en daarnaast kende men buitengewone zittingen, die – bijvoorbeeld na verkiezingen – op een ander tijdstip begonnen. Na de Grondwetsherziening van 1983 begint op Prinsjesdag (de derde dinsdag in september) het nieuwe parlementaire jaar.


Tegenwoordig staat Prinsjesdag niet alleen in de belangstelling vanwege de Troonrede. De hoeden die door de dames worden gedragen, krijgen steeds meer aandacht in de media. Erica Terpstra speelde een grote rol bij het ontstaan van deze traditie. In 1977 mocht Erica Terpstra als pas gekozen Kamerlid van de VVD de Troonrede bijwonen. Ze besloot als een soort eerbetoon aan de koningin een hoed te dragen naar de ceremonie. Die bewuste Prinsjesdag droegen welgeteld drie vrouwen een hoed: de majesteit, iemand van het corps diplomatique en Erica Terpstra. Het vrouwelijke VVD-kamerlid was teleurgesteld, er waren maar liefst 21 vrouwen destijds in de Tweede Kamer gekozen, maar in de Ridderzaal gingen ze op in de grijze massa.

Na de Prinsjesdag van 1977 vroeg de oud-zwemkampioene zich hardop af: ‘Als je in Den Haag op Prinsjesdag geen hoed draagt, wanneer dan wél?’ Vele vrouwelijke parlementariërs namen deze vraag ter harte in de opvolgende jaren. In de Ridderzaal was er zodoende vanaf het einde van de jaren zeventig van de vorige eeuw geen sprake meer van een ‘grijze massa’ op de derde dinsdag van september.


Koningin Máxima droeg een zijden japon van ontwerper Valentino met een bijpassende hoed van Fabienne Delvigne.


Jet Bussemaker, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, droeg wel een extreem grote hoed. Tweede-, derde- en vierdejaars studenten van de mode opleidingen Summa Fashion in Eindhoven en SintLucas in Boxtel ontwierpen de outfit van schoenen tot hoed. De minister wilde daarmee een ode brengen aan ‘het Nederlandse vakmanschap’.


Edith Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, samen met haar dochter Eva. De bewindsvrouw droeg een mooie Borsalino.

Dit is een kleine greep uit de diversiteit hoeden die vanmiddag te zien waren. Sinds 1977 is er aardig wat veranderd, met dank aan Erica Terpstra.

Kunst in Hotel Spaander

De kunstenaars die Leendert Spaander onderdak aanbood, waren de eerste toeristen die Volendam aandeden. Dankzij Leendert en zijn artistieke gasten is eind 19e eeuw het toerisme begonnen in het voormalige Zuiderzeeplaatsje. Leendert was een ondernemende man. Regelmatig ging hij met zijn boot naar Engeland en Duitsland om zijn hotel en Volendam te promoten. Hij nodigde fotografen uit en hij liet ansichtkaarten maken van onder andere de haven en deelde deze uit.

De bekendheid van Volendam nam snel toe dankzij Leendert. Steeds meer nationale en internationale schilders kwamen naar het vissersdorpje. De schilderijen die over de hele wereld werden verspreid, leverde voor Volendam nog meer bekendheid en toerisme op. En daar plukt men vandaag de dag nog steeds de vruchten van.


In schetsen en waterwerftekeningen treft men vaak humor aan. De kunstenaars maakten grapten over zichzelf, maar ook over de gastheer. Op bovenstaande tekening lezen we: ’the uncle from America’.

Hotel Spaander is wereldberoemd. In het gastenboek komen we namen tegen zoals: Koningin Emma, Wilhelmina, Beatrix, prins Hendrik, Elisabeth Taylor, Walt Disney, Muhammed Ali, Eleanor Roosevelt, keizer Wilhelm II en Pierre-Auguste Renoir.

Hotel Spaander


Volendam staat bekend om de vele toeristen die deze plaats bezoeken. Veelal gaan ze naar De Dijk waar ook Hotel Spaander is te vinden.


In 1876 trouwde Leendert Spaander met Aaltje Kout en in 1881 kochten ze een klein café aan de dijk in Volendam. In die tijd verbleven er al enige buitenlandse kunstschilders in het schilderachtige dorp. Leendert en Aaltje maakten van hun café een hotel om zo de schilders de gelegenheid te geven in het dorp te werken, maar ook om een ontmoetingsplaats te vormen voor kunstenaars uit de hele wereld.

Schilders van allerlei nationaliteiten kwamen naar het hotel. In door de Spaanders gebouwde ateliers werden schilderijen geproduceerd van het dorp en zijn bewoners, maar ook voor en van de familie Spaander. Leendert hing alles aan de wand: de werken die hij kreeg uit dankbaarheid en de schilderijen van armlastige artiesten die daarmee hun hotelrekening betaalden. Op deze manier ontstond een indrukwekkende verzameling schilderijen, die steeds verder wordt uitgebreid door de huidige eigenaars van het hotel (sinds 1963) de Volendamse familie Schilder (bijgenaamd Madoet).


Tijdens mijn bliksembezoek aan Volendam op 6 september wilde ik uiteraard graag eens een kijkje nemen in dit hotel. Buiten op het terras dronk ik eerst wat om daarna de schilderijen binnen te bewonderen waar het heerlijk rustig was zodat ik in de gelegenheid was om enkele sfeerfoto’s te maken.


Er is geen plekje meer vrij aan de wand.

Maison Chic


Stichting Teekens aan de Wand Valkenburg heeft tot doel het terugbrengen van oude muurreclames die op een gevel in Valkenburg rond 1910 in Jugendstil zijn geplaatst. De afmetingen van de reclames zijn ongeveer 3 m x 2,5 m groot en bestaan niet alleen uit tekst maar ook uit afbeeldingen. Bovenstaande fraaie muurschildering kwam ik tegen op de Koninginneweg 2. De Maastrichtse damesmodezaak richtte zich hier ook op de ‘beter gesitueerden’ die in kuuroord Valkenburg op vakantie waren.

Citaat van ‘de Letterkundige’: ‘Het mkaat niet uit in wkleevlogodre de lteters in een Wrood saatn, het eigne wat blegangyrk is, is dat de eretse en de ltaatse ltteer op de jiutse ptaals saatn’, aldus André Konings, schildervakman, en maker van bovenstaande muurschildering (2010).