De organisatie van NVKKMS koos voor de winterdag het thema Rouw. Een geschikte locatie vond men in Echt.
De dag begon ’s ochtends met koffie en zwarte pruimenvlaai, de begrafenisvlaai. Na de opening werd de spits afgebeten door Dirk Jan List met de lezing Modieuze rouwkleding in beeld, 1775-1940. Informatie over rouwkleding is niet eenvoudig te vinden. Etiquetteboeken en damesbladen zijn een bron. Het oudste boekje dat Dirk Jan List heeft kunnen ontdekken is Anmith und Schönheit uit 1797. Hierin wordt verteld dat zwart de kleur van de rouw is. Rouwprenten zijn schaars. Meestal zijn het kleurrijke prenten. Zodra een vorst overlijdt, is het een ander verhaal. Dan verschijnen er artikelen over de rouw en afbeeldingen. Koningin Victoria draagt na het overlijden van haar man prins Albert in 1861 de rest van haar leven zwarte kleding. Ze blijft haar verdere leven in de rouw.
Midden 19e eeuw vindt men het interessant om rouwkleding op de cover van een damestijdschrift te plaatsen. Er verschijnen zelfs rouwcatalogi. Hoe komt men aan al die prenten? Gewoon een modeprent zwart inkleuren. Rouwkleding gaat in de loop van de jaren verwateren.
Annie Schreuders-Derks gaf een inleiding op de expositie In Paradisum in het Museum van de Vrouw in Echt. De titel van de tentoonstelling is ontleend aan de spreuk In Paradisum deducant te Angeli – mogen engelen u naar het paradijs leiden – die deel uitmaakt van een katholieke dodenmis.
In de middeleeuwen verstond men onder een falie een mantel die de vrouwen omsloegen, een soort regenmantel ook wel huik genoemd. Tegenwoordig betekent het ook sluier. De falie was een zwart zijden of wollen stuk stof van circa 3 bij 1 m en aan de korte zijden vaak franjes. De stof werd dubbelgeslagen over het hoofd en met een speld op de ondermuts of faliemuts vastgemaakt. De vrouw was als het ware helemaal verhuld in de falie. Wilde zij zich afzonderen van de anderen?
In de Camera Obscura van Nicolaas Beets (pseudoniem van Hildebrand) komt falie nog voor in het verhaal Het Noordbrabantsche meisje: ‘Gij moest haar naar de kerk hebben zien gaan; met de breede zwarte falie, eerst hangende over de schouders met vrij wat meer gratie dan waarmee bijvoorbeeld mijn nicht haar mantille draagt, en dan bij ’t ingaan van de deur, over ’t hoofd, dat haar lief, dévoot gezichtje er effentjes uitstak.’
Dan kennen we de uitdrukking Iemand op zijn falie geven, als we dit letterlijk nemen dan betekent het vrouwenmishandeling.
Ihno Dragt, directeur en conservator van Het Admiraliteitshuis vertelde ons in het kort over De dood in protestants Friesland. En zo komen we erachter dat er zeker overeenkomsten zijn met de katholieken in het zuiden. Zo blijkt burenplicht een belangrijke zaak te zijn geweest wanneer iemand was overleden. Klokken luiden kon men een kwartier, een half uur of zelfs een uur laten doen, al naargelang je betaalde. Het doodshemd hoorde bij de uitzet en lag in de linnenkast.
Marit Eisses, masterstudent kunstgeschiedenis en registratiemedewerker Mode & Kostuum Gemeentemuseum Den Haag, gaf de lezing Death by Jewellery: Europese rouwsieraden vanaf de middeleeuwen tot heden. Dit onderwerp kwam al eens eerder onder de aandacht op mijn blog, en wel hier.
In het midden van deze foto zie je een gouden damesring met een scharnierklepje. Als je het opent zie je een haarlokje dat vastzit aan een roze strikje. Op de buitenkant van het klepje staat 10-3-30. Deze ring is gedragen door Mia Smit van Neer Putstraat Sittard als herinnering aan haar eerste doodgeboren kindje in 1930. Op de voorgrond zie je een kinderkettinkje met kruisje van git en ijzer.
De dag werd afgesloten met de lezing De Nederlandse rouw; een beeld van de Nederlandse rouwcultuur rond 1900 aan het hof, bij de burgerij en in de streek van Sophie van Gulik, kunsthistoricus en restauratiedeskundige. Een verhaal dat zij vertelde aan de hand van haar masterscriptie. Zij had haar voorouders als uitgaanspunt genomen.
Klaasje uit Staphorst had zich voor deze dag speciaal gekleed. Zij droeg rouwkleding van Staphorst die gedragen werd als men op visite ging. De kleding is van omstreeks 1950. Eerder zag je Klaasje in deze log, en hier.
Een boeiende dag. Fijn dat ik met je mee kon gaan, Berthi.
De expositie in het museum van de vrouw in Echt duurt nog tot en met 11 april. Echt een aanrader voor wie het onderwerp interessant vindt.
een interessante dag. Fijn dat er een mooi verslga over schrijft, zo kunnen wij thuisblijvers ook een klein beetje meegenieten.
wat een fijne dag en zo als Marcella schrijft. Wij genioeten mee. Mijn vader is in 1948 nog door de buren gedragen naar de begraafplaats, (was maar een klein stukje) Het leefde toen zeker nog heel sterk in de Gelderse Vallei
al is t geen vrolijk log voor de maandagmorgen ,toch is het interessant om te lezen…en wat ik er leuk aan vind, is dat je zoveel kunt verwijzen naar eerdere informatieve logjes van jouw hand , wat een schat aan informatie heb je toch 9en heerlijk om te lezen dat je dan “even”naar je boekenkast loopt en er wat boeken op naslaat…da’s rijkdom vind ik altijd, lekker thuis neuzen.
verder valt me op dat ik nog nooit zo’n vette rouwrand om post heb ontvangen (gelukkig) tegenwoordig kiest men toch meer vor een fijne rand grijs…..
http://brijksmuseum.blogspot.com/
leuk op 6 feb allemaal breien in t rijksmuseum???????
@Hilly, deze nieuwe blog is een geweldig initiatief!
Het is een beetje ver voor mij om voor enkele uurtjes te gaan breien in het Rijksmuseum!:-)
Dat is weer een interessant dagje geweest Berthi !
Berthi, wat leuk dat jij zoveel interessante informatie geeft, ik geniet hiervan en ga vast veel van de verwijzingen lezen
Bertie van Kophieps was mijn bron hoor voor t breiblog van het rijksmuseum:
http://www.kophieps.com/
Zeer interessant om dit allemaal te lezen. Helaas verdwijnen vele tradities. Berthi voor jouw was het een mooie uitje al was het onderwerp wat minder mooi als je er mee te maken hebt.
Voor een uurtje breien is het voor mij ook te ver
Enkele herinneringen over rouw .
Rouwkaarten werden vestuurd met een erg zwarte rand en in een envelop grijsgevoerd .
In het dorp kwam ook altijd een aanzegger rond en belde bij de mensen aan om het overlijdensbericht op te lezen . Of zoals heel vaak erg onduidelijk af te raffelen , zodat mijn moeder meestal nog moest navragen om wie het nu precies ging .
Het rouwen met brede zwarte mouwband , dat werd later een klein blokje .
In de klederdracht was altijd rouw kleding .
Zoals we als hierboven kennen van Staphorst .
De Knipmutsen voor de rouw , zonder kant met stijfgesteven plooirand .
De gouden sierraden werden vervangen door zilver met een zwart middenstukje in de mutsenbel .
Het dragen van de kist werd ook door de kinderen gedaan , tenminste als ze niet te jong waren natuurlijk .
Of zoals bij het overlijden van mijn vader gebeurde door de jonge mannen van zijn kantoor . Dat heeft mij toen zeer ontroerd .
Ik wist het niet dat dit geregeld was .
Ik was bij alle voorbereiding nauw betrokken omdat m.n moeder er niet goed toe in staat was .
Ik heb er ook een beetje moeite mee als de kist het kerkhof wordt opgereden en voortgeduwd . Voor die allerlaatste gang is het toch prachtig samen dragen .
Echte rouwkleding verdwijnt , maar met alle nieuwe rituelen die er bedacht worden zou het in de allereerst plaats van respect dienen om toch wat gepast gekleed te gaan .
Net gisteren en vandaag beleefd dat het kringetje van bekenden om mij heen steeds kleiner wordt .
Vandaag dacht ik aan een joodse jongen uit mijn klas , het is de laatste dag dat de namenrij werd opgelezen ter herdenking van al die vele die omkwamen in de kampen .
Zijn naam was Moosje Zwarts en zo dacht ik zal zijn naam als een der laatsten gelezen worden .
Dit museum staat ook al op mijn verlanglijstje 🙂
Interessant verhaal. Gebruiken en tradities, ook heel belangrijk voor het verwerken.
Dat is een interessante dag geweest. Mooi verslag. Soms zie je in films over vroeger hoe het ging met burenplicht.
Niet alleen dit log is weer een prachtig verslag Berthi, maar Gerrie heeft weer eens een heel mooie bijdrage in haar reactie. Ik ben er altijd heel blij mee als zij de tijd neemt om dat bij een log van mij te plaatsen en ik weet dat jij dat ook zeer waardeert.
Wat mij opvalt in je log is dat er in het dagelijkse leven zoveel meer rekening werd gehouden met de dood en dat er ook duidelijkheid over bestond, gezien de dikke zwarte rand om de rouwcirculaire. Komt het omdat we lange tijd de dood en alles daar omheen nogal weggemoffeld hebben, dat dit zo opvalt? Ook ik vind de gedistingeerde grijze smalle bies mooier, maar ik vraag me af waarom ik dat vind…
@Gerrie, in het museum is een aanzegger te zien die aan zijn bureau zit. Daarbij staan de borrelglaasjes klaar, want zodra alles goed geregeld was, werden deze glaasjes gevuld.
De zwarte rouwband en de zilveren sieraden kwamen ook ter sprake. Een gouden sieraad was absoluut niet gepast. Sober, eenvoudig, dat moest het zijn.
Je hebt het over gepaste kleding. Daar ben ik het helemaal mee eens. Toevallig heb ik het daar met Saskia nog uitvoerig over gehad.
ik denk dat al die rituelen de mensen hielpen bij de rouwverwerking. toen ik klein was moest je nog een rouwband dragen als een familielid overleden was. eigenlijk wel goed: dan kon iedereen zien dat je iemand te betreuren had.
mijn moeder heeft ook nog zwarte rouwjuwelen (mooi!)