Moniek Westerman:’ “Werkdraad”, zo leert mijn oma Dirkje’s breiboek uit 1930. Niet een rode, maar een dunne witte draad verbindt al deze kleedjes en grootmoeders.
De puntjes op de i van ieder volwaardig huishouden tot – pakweg – de jaren 60. Dat past precies in mijn persoonlijke referentiekader: bij ons thuis lagen ze niet (ik werd geboren in 1960) en bij mijn grootouders wel.
Wáár ik mijn verzameling van gehaakte kleedjes het afgelopen jaar ook ter sprake bracht, zelden kreeg ik bijval van mannen. Vrouwen daarentegen gaan vaak helemaal los! Er zijn er die zonder omwegen de neus in zo’n verfrommeld handwerkje steken. Beelden en geuren bestaan naast elkaar: een muf kleedje kan een mens in vervoering brengen over lang geleden.
Ik geef me – nota bene als beeldend kunstenaar – over aan de hype van het moment: delven in het recente verleden. De archeologie die appelleert aan de nostalgie en dwepen met “toen”. “Kennis die uitsterft stemt altijd tot weemoed. Het is cultuurgoed: laten we vooral goed vastleggen hoe het was.” Zo verwoordt Ileen Montijn haar gevoelens in de recente bundel “Dromenland”. Ik weet niet of ik het daar, in het geval van mijn kleedjes, wel mee eens wil zijn. Neem ze in ogenschouw. Cultuurgoed? Het mag van mij ook oude rommel zijn. Afgeschreven materie. Tijdverspilling met terugwerkende kracht. Het begrip nuttige handwerken van tafel geveegd. Terecht naar de kringloopwinkel?
Met welk tijdsgebonden gedachtegoed ging het massaal vervaardigen van deze kleedjes gepaard? Een Oud-Leerares aan de Industrieschool voor Meisjes, te ‘s Gravenhage en schrijfster van mijn oma’s “breiboek” breit de woorden als volgt aan elkaar. “Elk meisje leert het op school en de vrouw van eenvoudigen huize breit voor haar gezin. Niet alleen voor het maken van nuttige en practische zaken is het noodig, dat men leert met de breinaalden om te gaan, maar ook, omdat met de weinig talrijke, verschillende stekenvormen, die het breien ons leert, de mogelijkheid ontstaat, voorwerpen van smaak samen te stellen die zoo mooi en fijn zijn dat zij de vergelijking met elke echte kantsoort kunnen doorstaan.”
Het lijkt erop dat er een morele plicht tot het vervaardigen van goedkope interieurverfraaiing was. Vóór Ikea zijn sporen in ieder huis achterliet, waren het de nuttige handwerkjes. Behoefte tot decoratie “on a budget” is van alle tijden. Vrouwelijke arbeids-priegel-uren werden niet doorberekend.
In mijn installatie wil ik die kostprijs verdisconteren. Loop, oneerbiedig, over de kleedjes en bereken een uurprijs. Een toelage voor toewijding. Geef het bedrag in gedachten terug aan de maaksters, vóór het via de vuilnisbak ons definitief verlaat.
Het eindresultaat, hoewel ieder kleedje uniek is, is ééndimensionaal en helder: er bestaat altijd symmetrie in het patroon. “Pre-televisie-tijdperk creaties” die ingewikkeld zijn maar duidelijkheid scheppen. En, wie weet, ook een heldere geest. Een reactie die ik van internet heb gehaald getuigt in ieder geval dat het tegendeel zou moeten worden bewezen: Om te beginnen wil ik u eerst vertellen dat ik 92 jaar ben. Misschien een reden om dit epistel maar meteen te dumpen, zo niet, dan het volgende: Alle soorten handwerk is stimulerend en geeft meestal voldoening. Ieder zijn keus, maar al op zevenjarige leeftijd kreeg ik aan huis les in handwerken, omdat mijn moeder de mening was toegedaan dat meisjeshanden niet “stil mochten staan”… oef! Toch ben ik haar dankbaar, want in mijn lange leven heeft handwerken mijn leven verrijkt. Zeker in moeilijke tijden… Resultaten hangen aan de muren, liggen over meubels, hangen in de kasten of liggen te vereenzamen in koffers…
Tijdens mijn “graafwerk” naar de kleedjes duikt de – voorheen mij onbekende – benaming antimakassar op (makassarolie = haarolie). Zo beland ik bij een oud begrip dat we zonder de combinatie van ons koloniale verleden en aangeboren properheid niet zouden hebben gehad. Zitmeubels kregen bescherming door antimakassars.
Na iedere wasbeurt volgde het oude ritueel van “stijven”. “Het kleed met suikerwater iets stijven en op een plank met roestvrije spelden spannen en aan de verkeerde kant naar boven laten drogen.” Een generatie terug koesterde de materie.
Ik geef de kleedjes nog een aai over de bol… allen zijn ze gemaakt door de kampioenen én verliezers van het gilde der nijvere huisvrouwen. Want ook toen was niet iedereen een ster! Fijn kantwerk wisselt zich af met het grote-steken-snel-klaar werk. In 1953 maakte een handwerkblad fijntjes gewag van het feit dat niet iedereen even perfectionistisch is. “Voor geoefende haaksters…” (volgt de omschrijving van de correcte werkwijze, gevolgd door een gemakkelijkere manier) en, wordt daaraan toegevoegd: “Wij maken echter erop attent dat de eerste werkwijze veel mooier en juister is.” Ongetwijfeld deed oma Dirkje haar best, maar als ik temidden van al die anderen, haar door overtollige steken bobbelende kleedje monteer, ben ik ontroert door het misbaksel.’
Tot zo’n enorm kleed heb ik het nog niet gebracht Berthi, maar ik neem ook vaak gehaakte kleedjes mee uit de kringloop, ik kan het gewoon niet laten en ik ga er zeker iets mee doen… ooit! Ik vind dit een prachtig log.
Ik zag ook de pronkrol weer mooi zijn, heel mooi en die vilten laarzen spreken me enorm aan vanwege de historie en het uiterlijk en vooral omdat ik die met míjn kuiten weleens zou kunnen passen ;- ))
Moniek, je verhaal bij deze installatie uit 2005 maakt het geheel bijzonder. Ik ben benieuwd of je dit werk nog hebt.
Mijn moeder heeft als fanatieke en gedreven handwerkster diverse kleedjes gehaakt. Als het goed is heb ik enkele stuks in mijn kast liggen. Ze vertellen een mooi verhaal.
Wat een geweldig mooi gezicht, ál die kleedjes. Het toeval wil (nou ja, toeval….) dat boven mijn computer een groot prikbord hangt en op dit moment is iedere centimeter daarvan gevuld met dezelfde soort gehaakte, gebreide en gekloste witte kleedjes.
Dus het beeld komt mij wel heel bekend voor!
Geen makassars bij ons in huis. Maar tante Joke haakte ze voor wie ze hebben wou. Zodoende heb ik ook enkele gehaakte kleedjes in mijn nostalgia-bak.
Mooi hoe de tekst en de foto van deze installatie het nutteloze en het mooie van de kleedjes aan elkaar knoopt.
“Nutteloosheid met terugwerkende kracht” is mooi gezegd, maar in wezen niet waar. Het beschermen van de vaak dure meubels die een leven lang mee moesten is zinvol. Zeker in een tijd zonder enzymenwasmiddelen, wonderdoekjes en glassex.
Hulde aan onze moeders en grootmoeders!
De maten van dit kleed “Grondpatronen” zijn 5 bij 8 meter en het bestaat nog. Moniek wil het graag nog een keer in een geschikte ruimte ten toonstellen.
Elma
@elma, goed dat je afmeting geeft van dit kleed.
Die ruimte zal zeker op haar pad komen.
prachtig dat gehaakte kleedjes kleed !
In Roermond was een quilt te zien ook met deze kleedjes. Mien en ik hebben er vol bewondering naar staan kijken. Een heel leuk idee voor het “overschot” aan oude kleedjes die “zund zijn om weg te gooien”.
Ik heb bij jou gezocht Berthi, maar vond uiteindelijk bij Saskia een foto.
http://saskiaatje.web-log.nl/saskias_handwerken/2009/08/roermond-deel-3.html#comments
Ik vind het ook leuk om bij de close-up een kleedje te zien wat vroeger thuis ook over de stoel hing.
Trouwens wij gebruikten ook wel mooie handdoekjes. Ik geloof dat mijn moeder dat nóg doet.
Ha Ine, ik moest ook direct aan die quilt denken!
En ook in Alkmaar hing een mooi exemplaar met kleedjes versierd. (Helaas mochten van de quilts in Alkmaar geen foto’s gepubliceerd worden.)
Even teruggezocht in de foto’s van Alkmaar:
“Souvenirs des Grandmères” van Agnes Maijoor-Mertens Zur Borg uit Putten.
Ik heb zelf ook nog jaren gehaakte kleedjes over de stoelen gehad. Zelf gemaakt. Nu heb ik nog fabrieks gemaakte kleedjes op de tafels liggen.Af en toe koop ik oude kleedjes. Meenstal van naaldkant.
Ik kan mij de quilt met kleedjes niet herinneren maar ja er hing ook zoveel mooie dingen dus mijn harde schijf zal wel vol zijn geweest.
@ine, ik zie de kleedjesquilt zo voor me hangen. Bij binnenkomst ging je rechtsaf voor de quilt en als je linksaf ging kwam je bij de mangeldoeken.
Ik heb helaas geen foto gemaakt van de kleedjesquilt. Gelukkig heeft Saskia een foto geplaatst op haar blog. Zo vullen we elkaar mooi aan.
@Hilda, op een expositie kun je nooit alles goed bekijken. Je oog gaat naar de ontwerpen waar je op dat moment de meeste belangstelling voor hebt en dat zal je het beste bijblijven.
Daar denk ik nu ineens aan: op kamers had ik een ijzeren ring voor het raam hangen met daarin een zelfgehaakt…kleedje. Het patroon kwam uit een Durableboekje.
Dat was dus eind jaren zeventig.
heel herkenbaar, thuis en bij mijn schoonouders hingen inderdaad de kleedjes over de stoel.
Heel leuk idee !!
Jammer dat het geen stevigheid heeft voor echt gebruik !!
Daar wil je elke dag wel ‘voorzichtig’ over heen lopen.
Heb ook een voorraadje, misschien een deurmatje !!?;-)
@marian’ne m, even doorsparen voor een vloerkleed!:-)
Hoewel ik mezelf nog niet stokoud vind heb ik ook nog wel dergelijke kleedjes gehaakt. In 1966, ik was toen 17 was ik op vakantie in Cornwall in Engeland en uit pure verveling heb ik daar een behoorlijk fijn kleedje gehaakt. Maar waar het gebleven is?Overigens was ik toen bezig met granny squares (heel hot toen en nu ook weer), maar m’n materiaal was op. Anny
Wat een machtig, prachtig haakwerk.
Ooit had ik in alle kamers voor de ramen gehaakte gordijntjes hangen.
Haken dassss lang geleden dat ik dat gedaan hebt.
Groet Annelies.H.
Beste handwerksters (handwerkers ook wellicht?) dank jullie wel voor de mooie reacties op mijn ‘Grondpatronen’. Voor mij was het in 2005 een experiment, en ik was benieuwd hoe kunstenaars erop reageerden…dat was gelukkig bijna unaniem positief! Een enkele man zei ‘daar heb ik niets mee’. Ja, je moet er toch minstens iets van snappen (ooit zelf geprobeerd te haken ?) om je waardering voor het priegelwerk waaruit die kleedjes bestaan echt te voelen.
Mochten jullie meer willen zien dan zijn jullie welkom op http://www.globalfatexchange.nl
(het is niet allemaal handwerken hoor!) Onder het kopje ‘Dijken van wijven’ staat nog een heel speciale oproep. Ik heb namelijk heel erg veel breinaalden nodig voor een volgend project in Zeeland. Ik hou me van harte aanbevolen ! Moniek Westerman, Groningen
Nog even, ik ging te snel, mijn webadres is:
http://www.globalfatexchange.com
Excuus!
Moniek Westerman
@Moniek Westerman, leuk dat je zelf een reactie geeft. Ik heb je mooie site bekeken en zag het prille begin van het nieuwe project met de breinaalden. Dat belooft weer iets moois te worden.
Ik zal de link van je website opnemen in de log, en ik wens je heel veel succes met al je projecten. Misschien kunnen we volgend jaar een foto plaatsen van je breinaaldenproject?
De kleedjes ziende moet ik onmiddelijk aan mijn oma denken. Haken was haar grote “passie” alhoewel ik wel eens betwijfel of het handwerken nu echt een passie was, of ingegeven werd door het feit dat ze eigenlijk een klassiek voorbeeld was van iemand met ADHD, haar handen (maar ook haar voeten) stonden nooit stil…
Mijn oma maakte voor iedereen die wel of niet van die kleedjes wilde, een exemplaar.
Ze stonden altijd lichtjes “bol”. Het meerderen deed ze te weinig in de toeren en dat resulteerde in een kleedje wat niet plat was. Dat loste ze op door de kleedjes te besprenkelen met suikerwater en onder gewicht op te laten drogen.
Het summum van zo’n kleed heeft ze gemaakt voor mijn moeder. Thuis hadden wij destijds een ronde tafel, een ideaal uitgangspunt voor een groot rond kleed. Precies in zo’n soort patroon als al die kleine kleedjes.
Mijn moder had de pest aan dat kleed, maar kon er niet onderuit. Haar moeder, mijn oma dus, woonde naast ons….
Sonja
Wij zijn op zoek naar Agnes Majoor-Mertens zur Borg van het werk Souvenirs des Grandmeres
prachtig kleed, tekst en gedicht
@Lieve, dank je!
Veel te veel gezien,kan niet vinden wat ik zoek. Ik ben op zoek naar een antimaksser in de vorm van een vlinder. Ik had ze gehaakt rond 1975 !! Heeft u misschien nog zo’n patroon??? Ik hoor graag van u.
Met vriendelijke groeten,
Mies Knijnenburg
minekeman@gmail.com
@Mies Knijnenburg, helaas kan ik je niet helpen aan het patroon.