De Toverklokjes

Vandaag gaat Josefien een interessant verhaal vertellen over zeer oude breiboekjes.

Josefien: ‘Voor zover ik weet, maar ik weet lang niet alles, zijn er vóór het midden van de 19e eeuw weinig boekjes uitgegeven met alleen maar breipatroontjes. De markt moet daarvoor ook wel heel beperkt zijn geweest, want het waren alleen de welgestelde dames, die voor hun plezier een beetje handwerkten, die zich zulke boekjes konden permitteren. Ik was dan ook nogal verrast toen ik bij de Slegte, enkele jaren geleden, een breiboekje vond uit 1844. Welke oplage het had wordt helaas niet vermeld. Het is klein (11 bij 13,5 cm) en heeft 88 paginaatjes. Het bevat vooral tekst, want elke toer van een werkstukje wordt volledig uitgeschreven.
En dat gaat dan zo:

Manschette van 6 steken

1) Omslaan, 1 regt, omslaan, 1 regt, 3 tezamen minderen, 1 regt
2) Regt overbreijen
3) Omslaan, 3 regt, omslaan, 3 tezamen minderen,
4) Regt overbreijen
5) 1 regt, 3 tezamen minderen, 1 regt, omslaan. 1 regt, omslaan
6) regt overbreijen
7) 3 tezamen minderen, omslaan, 3 regt, omslaan
8) regt overbreijen

Dat is het hele patroon.
Het breiwerk moet een ajourpatroon zijn, en er ongeveer uitzien als op deze illustraties.

Het boekje bleek er één te zijn uit een serie, geschreven door Christine Sluter, en heet: Verzameling van Nieuwe en Elegante breiwerken. Het was het tweede deel. Op zoek naar deel 1 vond ik, vele maanden na elkaar, deel 3 en 4. Helaas ontbreekt deel 1, dat waarschijnlijk in 1843 is uitgegeven, nog altijd.
Ik heb er naar gezocht – en laten zoeken – in archieven en bibliotheken (want een kopie zou ik al prima vinden) maar niets gevonden.

Wie Christine Sluter was zal ik waarschijnlijk nooit te weten komen. Maar als je het voorwoord (“voorberigt’) leest in de drie boekjes dan geeft dat wel een beeld van de jaren waarin zij leefde. Kennelijk was het eerste deel van haar boekje zo’n succes dat de lezeressen ervan haar aanmoedigden een tweede deel te maken. Dat kwam er dus ook, maar Christine had duidelijk ook niet alle tijd, want het resultaat was niet helemaal wat zij van te voren gepland had.
Ze schrijft dan ook…” wijl den tijd mij niet toeliet het werk in zijn geheel tot volmaaktheid te brengen, terwijl ik aan den andere kant den veelvuldigen aanvragen niet langer onbevredigd kon noch wilde laten…”

Deel drie begint ze al met zich te verontschuldigen voor het lange uitblijven ervan… ”ofschoon den vertraging door buitengewoone en onvoorziene omstandigheeden, welke ik niet verwachten en vermijden kon, is veroorzaakt…” (Wat zou er gebeurt zijn…??)
Maar ze belooft nog een vierde boekje te maken als dit deeltje tenminste “eene gunstige beoordeling ten beurt valt…”
Dan wil ze wel… ”mijnen vrijen tijd aan de bewerking van een vierde stukje toewijden…”
Het kostte wel wat tijd om haar ervan te overtuigen want deel vier, zelfs helemaal zonder illustraties, verschijnt pas drie jaar later, in 1848. Ze was kennelijk over het hele plan wat onzeker geworden want ze legt het uit met de woorden: … “ik gevoelde dat het mij moeijelijk zoude worden den vindingrijken geest van de vele geëerde beoefenaressen nog te kunnen bevredigen…
Ik ben blij dat het weblog van Berthi dit soort omhaal van woorden niet nodig
heeft.

De uitgeschreven patronen gaan over werkstukken, die we niet iedere dag meer gebruiken, zoals damesmouwtjes, slobkousen, kinderrijglaarsjes en antimacassars.

Een verrassing trof ik aan achter in één van de boekjes.

Daarin zat namelijk een handgeschreven velletje papier waarop twee patroontjes uitgeschreven zijn. Iemand heeft ooit de moeite genomen nog wat aan het boekje toe te voegen. Er staat: De Toverklokjes-toer en aan de andere kant: De Prinsjes-toer.

Zou dit van de hand van Christine zelf geweest kunnen zijn??
Hoe dan ook: een deel 5 is er nooit meer gekomen.
En als Christine zou weten dat er via het internet nog aandacht wordt besteed aan haar werk in het jaar 2009 dan zou zij dat “den meest aangenaamen beloning vinden…” ‘

Op de laatste twee foto’s kun je klikken zodat je de patronen kunt lezen.

29 gedachten over “De Toverklokjes

  1. Wat een mooie zoektocht en apart dat het begin in zo’n klein boekje van de Slegte lag.
    Nu maar hopen dat er lezers zijn die iets meer weten over Christine Sluiter.

  2. Wat een geweldig mooie vondst deze boekjes, wie weet komt nummer 1 via dit log ooit nog boven water, dat hoop ik echt want ze zijn in goede handen nu en zullen bewaard blijven voor volgende generaties.

  3. wat een vondst, deze deeltjes. Ik ben heel benieuwd of je je aan deze patroontjes gaat wagen. Ik hoop voor je dat je de serie ooit compleet krijgt, maar op zich is het al bijzonder dat je drie van de vier deeltjes in zo’n relatief korte tijd vond

  4. Wat een juweeltje, bij het ontdekken van zo’n boekje komt er een ingetogen jubel.
    Wat mijn hart gestolen heeft is het gebreide babymutsje. Dit is nog een beetje moeilijker dan de Gelderse gebreide mutsjes.
    Elma

  5. Door dit soort stukjes en de vele verschillende onderwerpen die toch bijna allemaal met handwerken te maken hebben, vind ik dit zo’n leuke web-log.
    Ik volg hem al enige maanden en heb veel links bezocht en een enkele tentoonstelling n.a.v. dit log.
    Ga dus niet twijfelen aan je lezers zoals Christine, ik blijf je zeker volgen!

  6. wat heerlijk, eerst de vondst van 1 boek, dan het vinden van de vervolgdelen en als ‘kers op de taart’ nog het handgeschreven patroon. dank dat wij mogen meegenietien …

  7. Heerlijk om te lezen, vooral die persoonlijke teksten van Christine. Je gaat je toch afvragen wie Christine was en wie haar doelgroep was.

  8. Wat een vondst en enig dat wij hier op deze manier van kunnen meegenieten. Een mooi begin van de dag.

  9. Wat ontzettend leuk, ik heb het met veel genoegen gelezen, dank je wel.
    Groetjes
    Ines

  10. Natuurlijk hoop ik ook dat deel 1 ooit nog boven water komt en het zou geweldig zijn als dit weblog daaraan zou helpen.
    Maar door mijn gezoek weet ik ook dat ook de andere deeltjes niet zo maar in archieven worden aangetroffen. Deel 2 is te vinden in de Koninklijke Bibliotheek in den Haag, dat is het enige dat ik heb gevonden. Dus realiseer ik mij heel goed dat het hebben van deel 2, 3 en 4 al een unicum is.
    Ik heb uit de voorwoorden van Christine – waarin in een lange zinnen soms heel weinig wordt gezegd – maar een bloemlezing gehaald. Maar ík vond dat dus heel leuk om te lezen, ook gezien het tijdsbeeld.
    In deel vier bijvoorbeeld schrijft ze dat aan het boekje geen illustraties zijn toegevoegd omdat de werkstukken te groot zijn (een babydekentje bijvoorbeeld). Je kunt je anno 2009 niet goed voorstellen dat je aan zoiets begint zonder dat je een beetje hebt kunnen vaststellen hoe dat er dan uit gaat zien……….
    En @Marcella: ik zou zo’n patroontje best willen breien, maar ze zijn niet echt makkelijk te volgen. De dames uit 1844 begrepen ze volgens mij beter dan wij!

  11. Dit zijn juweeltjes voor de verzamelaar van handwerkboekjes.Prachtig dat we via deze log mochten meegenieten.

  12. Prachtig die boekjes. Maar vooral ook die twee velletjes.
    Als je aanneemt dat dit velletjes van Christine zijn, dan heeft zij haar boekjes dus altijd goed bewaard. Maar het kunnen ook schrijfsels zijn van de dame die dit boekje heeft gekocht.
    Net zoals wij ook vaak aantekeningen maken en ergens bij stoppen (en dan later niet meer terug kunnen vinden)

  13. Prachtige vondst! Hoop dat het ontbrekende deel nog een terechtkomt!

  14. Ik heb net even het patrontje van de Manschette gebreid. Dat is schattig. Berthi, ik stuur een foto!

  15. Josefien, wat een bijzondere vonst heb je gedaan met dit boekje! en wat een mooie beschrijving heb je erbij gedaan! en ook nog op onderzoek uit geweest. Danje wel hoor. Erg interssant zo’n verhaal.

  16. Wat een leuk verhaal. Heb de velletjes zitten bestuderen en het zou leuk zijn om zo’n patroontje een keer te breien. Misschien ga ik me er dit weekend wel aan wagen.

  17. Met veel plezier heb ik het verhaal gelezen over de oude handwerkboekjes. Zelf heb ik een soortgelijk boekje in mijn bezit. Het is gedrukt omstreeks 1847: het nieuwe breiboekje voor huis-en schoolgebruik door Ch.Leander, M.Korn en Louise Ockel.Het meet 11,5 cm bij 13,5 cm. Er staan beschrijvingen in van o.a. neiges,manchetten voorspelders,geldbeurzen,enz.Het heeft 67 blz.tekst en 8 blz met plaatjes. Als Josefien dit boekje niet heeft wil ik er wel een kopie van maken.

  18. @yvonnep, dat zou erg leuk zijn. Het is een prachtige uitdaging.
    @hennie, ook al zo’n oud breiboekje. Wie weet zijn er toch meer uitgegeven dan wij vermoeden, maar weinig van over gebleven.

  19. Tjongejonge..ben ik even drie dagen uit de lucht en wat komen er een mooie verhalen uit mn laptop getuimeld! Heerlijk! Zulke speurtochten daar ben ik gek op en ik ga zo gauw mogelijk het patroontje nabreien,ziet er zo mooi uit! Dankjewel maar weer….

  20. Ik heb deel 1!!!! er mist een halve pagina, maar verder is het compleet.
    Heb je nog belangstelling?

  21. Hallo Berti,

    Zojuist ‘Christine Sluter’ gegoogeld omdat het de schrijfster is van mijn kleine breiboekje uit 1843. Automatisch kwam ik op jouw blog terecht en las ik het verhaal over de delen 2 t/m 4. Ik heb dus deel 1 in mijn bezit.

    Vriendelijke groet, Ingrid Groot

  22. Hallo Berthi, nu begin ik toch te twijfelen, het jaartal in mijn boekje is 1845, dus waarschijnlijk hetzelfde boekje dat je al hebt, ik was even té enthousiast.

    Op de eerste bladzijde staat: o.a. (….?)ste Stuk. Vierde verbeterde Druk.

    Groet, Ingrid

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *