Maria van der Ent (1900-1991) groeide op in een arbeidersgezin in Rotterdam. Op twaalfjarige leeftijd (1912) kreeg zij haar eerste betrekking. Haar moeder verhuurde Marie voor 75 cent per week. Zes hele dagen en ’s zondags een halve dag werken. ‘Ik wist waar ik zijn moest omdat moeder me gebracht had, maar ’s avonds als het donker was kon ik de weg naar huis niet vinden. Ik ben de eerste weken dan ook nogal eens verdwaald. Het was een grote behangerij en stoffeerderij, en ik liep er een uur over om er te komen. Ik had niets met de zaak te maken, maar moest wel drie keer per week de veertien ramen zemen aan de buitenkant en het was winter’, schrijft Maria van der Ent. Hierna volgden nog vele betrekkingen tot 1925. In dat jaar trouwde ze met Aart de Koomen, die snel carrière maakte. Maria van der Ent kreeg de gelegenheid om zelf meisjes in betrekking te nemen.
Op zestienjarige leeftijd ging Marie als een ‘ervaren’ meisje met vier mooie getuigschriften solliciteren. Ze kwam terecht bij mevrouw Stevens-Hoefnagels, aan de Vijverlaan, in Park Honingen te Kralingen. Mijnheer Stevens was eigenaar van de Koninklijke Tapijtfabrieken op de Oost-Zeedijk. Koningin Wilhelmina had de fabriek eens bezocht en zijn oudste dochtertje had nog de handschoentjes waarmee ze de koningin een hand had gegeven. Hij bezat ook tapijtweverijen in Gouda en Moordrecht. ‘Bij mevrouw Stevens ben ik gelukkig geweest, daar heb ik het heerlijk gehad, daar had ik het gevoel of ik eindelijk en voor het eerst van mijn leven thuiskwam. Ik had het gevoel of iets zachts en beschermends me omgaf! Het hele huis straalde rust en geborgenheid uit en ik had het gevoel of ik opgetild werd – nogmaals, het was er heerlijk. Niet omdat ze zo rijk waren, al hadden ze alles wat er voor geld te koop was, maar vanwege de sfeer daar in huis! De familie gedroeg zich heel gewoon, maar was heel hoogstaand. Ze accepteerden me direct, ik hoorde er vanaf het eerste ogenblik bij. En nooit gebeurde er iets akeligs zoals seks, ruzie of iets dergelijks’, vertelt Marie in haar boek.
‘Toen ik er kwam moest ik ’s morgens katoen dragen en ’s avonds vanaf vijf uur zwart en elke dag tafeldienen’, zegt Marie. De familie Stevens gaf regelmatig een diner waarbij Marie moest tafeldienen. Marie heeft een fijne tijd gehad bij de familie Stevens, waar zij in huis woonde, en veel heeft geleerd. Na deze betrekking kwam ze alleen maar bij rijke, soms deftige families, die burgerbaantjes uit haar jeugd kwamen niet meer aan de orde.
Het boek geeft een beeld van Rotterdam uit begin vorige eeuw en het verschil tussen arm en rijk. Maria van der Ent die opgroeide in een arbeidersgezin, maar later via haar betrekkingen kennismaakte met Rotterdamse families die het erg goed hadden.
Mooi verhaal, geeft een mooi tijdsbeeld weer. Zwaar leven voor velen, mooi dat zij goed tercht is gekomen.
Mijn oma ging ook op haar 12 e in betrekking, zij heeft nooit leren schrijven of lezen. En dat is toch nog niet zo heel lang geleden. Dat kan je je nu niet meer voorstellen.
Berthi, misschien gaan er n.a.v. dit log wel veel verhalen loskomen. Net als bij Marian’ne ging ook mijn oma op haar twaalfde in betrekking in een grote stad terwijl haar familie op het platteland woonde, ze ging dus intern. Mocht eenmaal per jaar een dag naar huis, het was te ver. Ook zij had te maken met werkgevers waar het heel erg moeilijk was en ze kreeg net als Maria vn der Ent te maken met “seks en ruzie en zoiets dergelijks”. Later heeft ze zichzelf omhoopg gewerkt. Kreeg een goede man die na enkele jaren op zéér jonge leeftijd overleed en bleef met 1 kind achter, mijn vader. Ze woonde inmiddels in Amsterdam en moest uit werken om de kost te verdienen. Mijn vader als vierjarig jongetjes moest toen na schooltijd op de trap van hun huis zitten wachten tot zijn moeder ’s avonds thuis kwam uit haar werk. Ze heeft een goed bestaan opgebouwd voor zichzelf en haar kind en ze is in vele zaken mijn allergrootste voorbeeld in mijn leven en mijn vader ook. Creatieve mensen in allerlei opzicht en oma kon mooi handwerken.
Leuk, ik ben in dat gebied opgegroeid. Tussen Rotterdam en Gouda. Zat in Rotterdam-Kralingen op school en ken de Moordrechtse tapijtfabiek heel goed. De markante toren staat er nog steeds, dicht bij de Hollandse IJssel. Ga dat boek beslist lezen. Ook een leuk cadeau voor mijn vader, die zich erg verdiept in de geschiedenis van die streek en dan vooral de ‘human interest’-onderwerpen: hoe leefden de mensen vroeger, hoe waren de verhoudingen, arbeidsomstandigheden, etc. Dank je wel voor de tip, Berthi!
@marian’ne m, ongelooflijk hoeveel er in een korte tijd is veranderd.
Marie woonde bij de familie Stevens en vond dat heerlijk. Ze kon niet goed met haar moeder overweg. Als ze een zondag vrij had, gaf ze deze vrije dag vaak aan een ander meisje omdat ze geen zin had om naar huis te gaan. Dat zegt heel veel over de omstandigheden bij de familie Stevens.
Bij deze familie heeft ze ontzettend veel geleerd. Ze hadden uiteraard ook keukenpersoneel, maar Marie hoefde niet het zware werk in de keuken te doen. Elke dag mocht zij tafeldienen en ook tijdens de vele dineetjes. Tijdens deze etentjes werd er veel gesproken over allerlei zaken en daar mocht Marie absoluut niet met andere mensen over praten.
Marie schrijft in haar boek dat ze nooit een bonnet heeft willen dragen. Dat heeft ze altijd pertinent geweigerd. Zij vond dit het toppunt van slavernij, zo’n muts op je hoofd. Dienstjaponnen en schorten waren verplicht en dat vond ze welletjes. Ze heeft er weleens een betrekking om geweigerd, omdat zo’n bonnet er verplicht was.
@Corrie, veel waardering heb ik voor je oma die een zwaar leven heeft gehad. Dat je vader na schooltijd op de trap moest wachten op zijn moeder, dat is nu toch helemaal niet meer voor te stellen. En ook dit is nog eens niet zo lang geleden.
@Neeltje, als je in Rotterdam bent opgegroeid zul je zeker herkenning vinden in dit boek. Ik heb dit boek al eventjes in huis en onlangs gelezen. Als je van geschiedenis houdt en vooral hoe de ‘gewone’ mens leefde, is dit een interessant boek om te lezen. Ik las op de site dat de derde druk net is verschenen, terwijl ik de eerste druk heb en ik meen dat ik het in juni heb gekocht.
Er is dus belangstelling voor dit boek.
Zoals Berthi al schrijft, er is belangstelling voor deze tijd, het volgende kwam ik gisteren tegen:
In Museum Willem van Haren, gevestigd te Heerenveen, is van 8 september – 2 december 2007 de tentoonstelling “In dienst van de landheren van Oranjewoud” te zien. http://www.willemvanharen.nl
De tentoonstelling gaat over het leven en werk van de bedienden in huis, de koetsiers en de stalknechten, de tuinlieden en de boswachters van de buitenplaatsen in Oranjewoud.
Bij deze tentoonstelling is een boek verschenen “In dienst van de landheren van Oranjewoud” wat het eerste boek in Friesland is over het leven en werk van het dienstpersoneel op de buitenplaatsen.
@Maaike, is dit toeval of niet? Of hangt het in de lucht?
Heel interessant, Maaike. Heel fijn dat je dit aan ons doorgeeft.
Ik heb het verhaal net op de website gelezen. Ik zal je link even aanklikbaar maken:
http://www.willemvanharen.nl/
Het boek:
http://www.zototaal.nl/index.php?lang=nl&topitem=news&item=nieuws&news=12
Het volgende was te lezen in het Friesch Dagblad:
http://www.frieschdagblad.nl/webpagina/index.asp?artID=36024
Vorige week las ik de recensie over “In betrekking”in dagblad Trouw.Nu al een derde druk geeft wel aan dat er veel belangstelling is voor dit boek.
@Mien B, hoe was de recensie in Dagblad Trouw?
Dit gaan we weer noteren onder het opschrift :
Dat wil ik graag eens lezen !
Dank dank Berthi !
Oh wat heerlijk om dit te lezen. Er is inderdaad zo veel veranderd door de jaren heen. Nu hoeven de kinderen gelukkig niet aan het werk met 12 jaar…… Wil alleen niet zeggen dat alles beter is nu dan vroeger…..
De recensie had als “kop”:Goede mevrouwen,slechte mevrouwen.Maria van der Ent herinnert zich haar leven als dienstbode.Herinneringen van een dienstmeisje dat in het begin van de vorige eeuw volwassen werd.
Deze “kop “viel me op en na het lezen van het artikel dacht ook ik : een boek dat ik wil lezen!
@Mien B, ik was vanmiddag al gaan zoeken op internet, maar vond het niet zo snel.
Nu heb ik het gevonden, en hier is de link naar de recensie:
http://boekrecensies.trouw.nl/recensie?text=goede%20%20slechte%20%20mevrouwen&FDOC=0&SORT=presence&BN_NUGI=%2A&REC=TR_ART_00244360-
Goed dat dit soort verhalen geschreven worden, je zou bijna vergeten dat vrouwen het vroeger erg moeilijk was, zeker als je uit de armere klasse kwam. De Vijverlaan ken ik wel, prachtige grote huizen wat een verschil met andere wijken in R’dam.
Dat boek loop als een trein,zeker bij ons in Rotterdam ,wordt ook zeker veel gekocht ,door dames “op leeftijd”.
Mijn oma kan er ook boeken over schrijven ,maar praat ook daar niet graag over ,dat vind ik jammer ,maar respecteer ik wel natuurlijk….
Het ligt op mijn stapel “nog te lezen”…
@ Berhti, wat leuk dat het Friesch Dagblad er over heeft geschreven, dat is een fijne krant maar dit artikel heb ik net gemist, goed dat jij het hebt gevonden!
Hoe herkenbaar!!! die straat namen. Als oud Rotterdamse klinken deze dingen bekent in de oren. Mijn oma heeft bij Dhr. v Beuningen (museum) gedient. Zo noemde ze dat. Gedient!! Ik heb altijd begrepen dat zij daar gekookt heeft.Hoe ze daar behandelt is, weet ik niet. Jammer dat je dat dan niet meer kan vragen hé? Ze kon lekker koken. Als we zondags bij haar kwamen, dan stond het vlees al te pruttelen op het petroleumstel. en de erwtjes (uit blik) werden ook al warm gezet. Ze waren dan zo lekker smeuiig! En omdat ik toen vlees niet zo lekker vond, kreeg ik een gekookt eitje bij het eten! Wat een herinnering hé? Mijn andere oma heeft bij de Rottedamse Melk Inrichting gewerkt. Beter bekent als RMI. Ze gingen later ook met ijs langs de deur. Een begrip in Rotterdam van toen!Je artikel van vandaag heeft weer een hop los gemaakt bij mij en de anderen.
@Betty, het moet inderdaad een groot huis geweest zijn want er woonden aardig wat dienstmeisjes intern.
@Hilly, jammer dat je oma er niet over wil vertellen.
@Marijna, mooie herinnering aan je oma!
Wel een mooi verhaal, maar er staat niet de informatie in die ik verder nodig heb over arbeidersgezinnen..
Maar daar is de tekst dus ook nie voor bedoeld..
Dus ga ik maar verder opzoek.
Mijn moeder heeft vroeger als dienstmeisje gewerkt op landgoed Oranjewoud. Ze staat met naam en foto vermeld in het boek “in de dienst van de landheren van Oranjewoud”. Het boek is echter niet meer te koop. Is er iemand die een tip heeft hoe nog aan dit boek te komen?
@M. van Bekkum, het beste is om antiquariaten in de gaten te houden en boekenmarkten te bezoeken.