De poppen en poppenhuizen van Lita de Ranitz (1876-1960)

Tot en met 20 augustus 2006 is de tentoonstelling Boven wonen de poppen. De poppen en poppenhuizen van Lita de Ranitz. te zien in het Haags Historisch Museum. De collectie bestaat uit twintig poppenhuizen en poppenkamers inclusief het grote poppenhuis uit 1910. Lita richtte stijlzuivere Biedermeier woonkamers in, evenals een Hindelooper kamer en een grote keuken. Ook verwierf zij een aantal miniatuurwinkeltjes, in feite kinderspeelgoed. Het topstuk is een geriefelijke villa uit 1910, ingericht volgens de nieuwste luxe maatstaven van die tijd. Het huis heeft, zoals veel landhuizen uit deze periode, een gelambrizeerde woonhal in Engelse stijl en een badkamer met een echt Royal Doulton bad en een verwarmd koperen handdoekenrek. Op de slaapkamer is de toilettafel geheel in kant gehuld, net als ooit die van Eline Vere. In de hal en de kamers hangen originele schilderijen op poppenformaat van Jan Toorop, Paul Gabriël, Johan Jongkind en andere beroemde schilders van omstreeks 1900. Op een tafeltje staat een ivoren schaakspel, meegebracht door koningin Emma toen zij het huis kwam bewonderen.
Lita de Ranitz, geboren als dochter van een hoge hoffunctionaris onder koning Willem III en later Emma, was een eigenzinnig persoon. Pas na haar dertigste begon zij met de bouw en de inrichting van dit monumentale poppenhuis. Het was gebaseerd op een kleiner exemplaar waarmee zij als kind had gespeeld. Zij maakte er een echte pronkkast van. Ze zocht kunstenaars en handwerkslieden aan om bij te dragen aan het interieur. Ook op buitenlandse reizen kocht Lita voorwerpen voor de inrichting. Zij ging daarbij zeer natuurgetrouw te werk, met als resulaat dat deze poppenvilla een fantastisch beeld geeft van hoe de kunstzinnige elite van Nederland omstreeks 1910 woonde. Aan de volgepakte kamers is goed te zien dat het daarbij ging om warmte, comfort en artisticiteit, en niet om de samenhang in het interieur, laat staan om ruimtelijk effect.

Bron: NRC Handelsblad