Live vanuit Maarn

Het is vroeg op de zaterdagmiddag in De Twee Marken te Maarn, waar net de algemene ledenvergadering is afgelopen van de Nederlandse Vereniging voor Kostuum, Kant, Mode en Streekdracht. Bij de standhouders is volop drukte, de gasten gaan hun tafels in orde maken. Mijn tafel bestaat voor een groot gedeelte uit Chinese lotusschoentjes. Uit ervaring weet ik dat er veel belangstelling is voor deze minuscule schoentjes. Je krijgt niet elke dag de kans om originele, gedragen lotusschoentjes te zien en het verhaal achter het schoonheidsideaal van deze kleine voetjes is zeer interessant, maar voor ons onbegrijpelijk. Al eerder zijn de lotusschoentjes aan bod gekomen op mijn blog. Kijk hier eens: Boek uit China, Post uit China, Swastika, Bound feet ladies, Lotusschoentjes, Schoenen vol verleiding…, Lotusschoentjes in de krant, Lotusschoentjes: Een pijnlijk schoonheidsideaal, Lezing voor vriendinnenclub Marans, Arme voeten, Lezing lotusschoentjes en Chinese voetjes.


In 2001 is de Nederlandse Vereniging voor Kostuum, Kant, Mode en Streekdracht ontstaan uit een fusie van de Nederlandse Kostuumvereniging voor Mode en Streekdracht (1980-2000) en de Eerste Nederlandse Vereniging van Kantliefhebbers ‘Het Kantsalet’ (1925-2000). In deze unieke vereniging vinden zo’n 1000 leden elkaar vanuit verschillende passies: grote en kleine verzamelaars, belangstellenden en mensen die zich op vakmatige en professionele basis bezighouden met allerlei facetten van kostuum, kant, mode, streekdracht en de daarbij behorende accessoires. De vereniging maakt zich sterk voor het behoud van het hedendaags cultuurgoed en het Nederlands cultureel erfgoed op deze gebieden. Ze creëert de mogelijkheid voor leden om contacten te leggen, informatie in te winnen en kennis uit te wisselen.

Vier maal per jaar wordt er een speciale dag georganiseerd met lezingen en presentaties en er worden excursies georganiseerd. Het Bulletin verschijnt vier keer per jaar en elk jaar verschijnt het rijk geïllustreerde jaarboek Kostuum.

Zo, ik ben weer thuis na een gezellige middag in Maarn. Veel bekende mensen gezien en gesproken, maar ook nieuwe gezichten gezien. Er was zelfs nog tijd om enkele foto’s te maken.

Klaasje uit Staphorst is inmiddels een bekende persoon op mijn blog. Ze is in diepe rouw en draagt de schort in doek. De schort dateert van omstreeks van 1900. De dame rechts op de foto toont de dracht van Noordwest Veluwe.


De 19e eeuwse rouwhalsdoek van Klaasje.


Prachtig antiek textiel te koop bij Olga Keller.


Een blik op mijn tafels. Vanmiddag kreeg ik een nieuwe benaming te horen van de lotusschoentjes: Antiwegloopschoen.


Vanmiddag om 14.12 uur liep de verloting af van het boek Hoe overleef ik… (wild) breien van Francine Oomen. In totaal werden er 59 reacties geplaatst, 59 nummers gingen deze keer niet in de hoge hoed, maar in het fraaie tasje dat uit het atelier van Mien B. komt. Aan An Moonen de eer om drie prijswinnaars te trekken.


Reactie nummer 2, 33 en 51 is het geworden. De gelukkigen zijn: Saskia, Lia Smit en Simone. Dames, van harte gefeliciteerd en heel veel plezier met het boek van Francine Oomen. Het adres van Saskia heb ik, maar kunnen Lia en Simone hun adres naar mij mailen via het mailformulier dat linksboven op mijn blog is te vinden? Uitgever Querido zal ervoor zorgen dat het boek naar jullie komt.

Christian Tagliavini


Dame di Cartone 17e eeuw

Christian Tagliavini combineert mode met fotografie en wel op een zeer speciale manier. Het model krijgt een kostuum aangemeten dat uit karton is gesneden. Christian Tagliavini zegt het volgende over zijn werk: ‘I build up stories and dramatize them using photography and creativity as a skillful artifice being at the same time author, stage designer, costume designer, casting manager, director – and photographer.’


Dame di Cartone vijftiger jaren van de vorige eeuw

Handwerkbeurs Zwolle 2011

Miriam Tegels: ‘Nou ’t was me de week wel zeg! Afgelopen donderdag nam ik samen met Marnel Verstegen de middagtrein naar Zwolle. We checkten in bij een prachtige Bed & Breakfast boerderij en de volgende dag werden we door Ineke, steun en toeverlaat van Astrid Vane al vroeg opgehaald om naar de Handwerkbeurs in de IJsselhallen te gaan. Mijn vrijdag was goed gevuld met maar liefst drie workshops Entrelac. Ondanks het geroezemoes op de beursvloer en een heleboel nieuwsgierige bezoekers op de vloer lukte het alle cursisten om de beginselen van Entrelac (mandenvlechtersteek) onder de knie te krijgen. Op zaterdag was het de beurt aan Marnel Verstegen om les te geven in Fair Isle breien. In drie sessies van anderhalf uur werkte Marnel met haar cursisten aan de prachtige laarsomslag.


De zaterdag was voor mij dé dag om de beurs te verkennen en ik had een leuk gesprekje met Monique Boonstra, een talentvolle kantbreister. Monique laat op de foto haar lace shawl zien die ze ook een naam heeft gegeven: The One.


Monique: ‘Ik heb me bij het ontwerpen van deze shawl laten inspireren door drie dingen: de Shetland Lace Shawl, de Queen Susan Shawl en tenslotte wilde ik er mijn eigen elementen aan toevoegen zoals bijvooorbeeld het hartje. Je ziet dit hartpatroontje duidelijk op de detailfoto van de shawl. De shawl is van buiten naar binnen gebreid, eerst de randen, daarna het veld binnenin. In The One is 2 km aan (zelf geverfd) lace garen verwerkt en het breien ervan duurde vijf à zes maanden.’


Bij een nieuwe rondgang over de beursvloer trok de verzameling kleurrijke beursshoppers.


Het tijdschrift voor machineborduren, StitchatHome, kwam ook dit jaar weer met een bijzondere wedstrijd. Maak van uw boodschappenkar een mooie en functionele beurs(s)hopper! De jury vond het lastig om uit al die bijzondere ontwerpen één prijswinnaar aan te wijzen, vandaar twee eerste prijzen: Thea Nieuwenhuis en Christel Salari (de lichtblauwe shopper met stoeltje).



Wil je nog meer lezen over de handwerkbeurs neem dan hier en hier een kijkje.

Linnenuitzet begin 1900


Op de foto zie je het bruidspaar Hermans-van Rijswick. Op 16 februari 1908 werd J. Hermans geboren op hoeve De Beerendonck te Broekhuizenvorst. Theodora van Rijswick kwam op 29 november 1909 ter wereld op hoeve De Molenhof te Tienray. Op 3 juni 1933 traden zij in het huwelijk.

Voor het huwelijk was de vrouw al enige tijd bezig om zorgvuldig haar linnenuitzet bij elkaar te krijgen. Je praat dan niet over een paar lakens, slopen en handdoeken. Nee, een goed burgerhuishouden had begin 1900 een aardige uitzet, lees ik in het boek Ik kan huishouden. De linnenuitzet wordt onderverdeeld in drie categorieën: lijfgoed, tafelgoed/handdoeken etc. en het beddelinnen. Laat ik me bij het laatste houden want het zou echt teveel worden om alle hoeveelheden en diverse soorten textiel hier op te gaan noemen. Het advies voor het beddelinnen ziet er als volgt uit:

12 fijne logeerlakens – 12 fijne sloopen – 18 linnen beddelakens – 18 linnen sloopen – 12 graslinnen bodelakens en 12 graslinnen bodesloopen.

Zou Theodora zoveel lakens en slopen voor haar uitzet hebben gehad? Helaas kunnen we dat niet meer nagaan, wel weten we wat er bewaard is gebleven en dat is:

1 laken met borduur- en richelieuwerk en 4 bijbehorende slopen – 2 lakens met borduurwerk van druiventrossen en een fraaie strik, met 4 bijbehorende slopen.


Het was gebruikelijk om je linnenuitzet te merken. Veel vrouwen deden dit zelf, maar je kon het borduren ook uitbesteden zoals Theodora dat deed. Het linnen is gemaakt op het eigen weefgetouw (136 cm breed = breedte van het beddelaken) van de familie Hermans op De Beerendonck en geborduurd door de zusters Ursulinen van Grubbenvorst en/of Horst.


Textielpost – Waalwijk


Frederike: ‘Wat is ’t Nederlands Leder en Schoenen Museum leuk. Niet alleen leer is goed vertegenwoordigd, maar ook de textiele materialen. Hier een leren, geborduurde laars. Dus: ook dichtbij veel moois van ver te zien.’

Om een Russische huislaars uit de 19e eeuw van dichtbij te zien, hoef je dus niet ver te reizen. Dat geldt ook voor lotusschoentjes uit China. Aanstaande zaterdag, 5 maart, laat ik in Maarn verschillende lotusschoentjes en geborduurde Chinese kinderschoentjes uit mijn verzameling zien.

De eerste zaterdag van maart staat altijd in het teken van de jaarvergadering van de Nederlandse Vereniging voor Kostuum, Kant, Mode en Streekdracht. Gelijktijdig is er een Antiek Textiel Markt die ’s middags ook bezocht kan worden door niet-leden van de NVKKMS. Er is aanbod van antieke kleding en textiel, demonstraties voor behoud en presentatie van textiel, demonstratie textieltechnieken, lezing Het vervaardigen van een historisch korset door Denise van der Vegt, kleermaakster voor het toneel en voor diverse musea (Opleiding Kleermakersvakschool en Reinwardt Academie), boekhandel Van de Moosdijk is aanwezig en aan An Moonen kan je alles vragen over het antieke textiel/handwerk dat je hebt meegebracht.

Antiek Textiel Markt, 5 maart 2011 van 13.00 tot 16.15 uur in De Twee Marken, Trompplein 5 in Maarn. Entree € 5.

Kleur! Borduren in gevangenschap

Vanaf 10 juni is in het Verzetsmuseum Amsterdam de expositie Kleur! Borduren in gevangenschap (werktitel) te zien. De tentoonstelling is gewijd aan een prachtige collectie borduurwerken, gemaakt door vrouwen in gevangenschap tijdens de Tweede Wereldoorlog. Gearresteerd voor bijvoorbeeld het helpen van Joden of het rondbrengen van illegale kranten, hielden ze zichzelf op de been door hun ervaringen te verwerken in borduurwerken. Ook in de interneringskampen in Nederlandsch-Indië werd massaal geborduurd.

Het was een uitlaatklep, bood houvast en het gaf kleur aan het grauwe bestaan. Vrouwen in gevangenschap deden veel moeite om te kunnen borduren. Lappen werden gemaakt van kapotte lakens en kledingstukken, borduurdraadjes werden bijvoorbeeld uit een gekleurde hoofddoek gepeuterd. De vrouwen maakten de borduurwerken voor zichzelf én voor elkaar. Soms wordt uit de borduurwerken duidelijk dat ze bedoeld waren als verjaardagscadeau of kerstcadeau.


Achter ieder borduurwerk schuilt een aangrijpend verhaal. Het Verzetsmuseum Amsterdam brengt deze nu naar buiten. De borduurwerken van Titia Gorter (waarvan je op de foto er eentje ziet) zullen getoond woorden.

Titia Gorter weet in het beruchte Oranje Hotel (Huis van Bewaring) in Scheveningen een laken in haar bezit te krijgen. Dit verdeelt ze in drie lappen en borduurt hierop het gevangenisleven. Deze borduurwerken kunnen door vrijgelaten celgenoten, de gevangenis uitgesmokkeld worden.

Quilts van Fennie Bouwsema


Fennie Bouwsema verwerkt kleurrijke lapjes in hedendaagse quilts. Bovenstaande foto laat de quilt zien met de titel Crushed into wine. De lapjes van zijde zijn verwerkt tot een quilt volgens de metamorfose-techniek.


Deze quilt, waar de lapjes eveneens van zijde zijn, krijgt de naam Solemnity. Het is een woordspeling op de zon die vleugels uitspreidt. De quilt is gemaakt volgens een eigen techniek.


Wheels Within Wheels is de naam van bovenstaande quilt. De lapjes zijn van katoen en polyester. Fennie vertelt het volgende over deze quilt: ‘Wat begon als wieletjes/molentjes van restjes stof, zomaar wat “spelend” …12 verschillende, in een cirkelvorm ergens ingenaaid, idee van een klok. Het effect viel tegen en dit probeersel “verdween” tussen een stapeltje “hopeloze” ufo’s (un-finished-objects). Het voorjaar daarop “teruggevonden”. En ineens moed om hiermee iets nieuws uit te proberen, een uitsnede van de cirkel en deze verschuiven. En meer cirkels erdoorheen in “chenille-techniek”. Zou dat iets kunnen worden? Spelenderwijs zijn de wieletjes gaan rollen als bollen, uitbrekend uit de grond, op zoek naar ruimte en licht. Me grensverleggend meenemend… .’

Textielpost – Groningen

MarianneS kennen we van de textielpost uit Landskrona. Nu stuurde MarianneS een textielkaartje uit Groningen.


MarianneS: ‘Hierbij stuur ik je een kaart die ik kocht in het Groninger Museum, waar ik de tentoonstelling Het onbekende Rusland, Oriëntalistische schilderkunst 1850-1920 zag. Ik vond dit schilderij met drie zwijgzame religieuze bedelaars in feestkleding zo mooi van kleur. De gewaden doen me denken aan de feestrokken die na de 2e Wereldoorlog door de Plattelandsvrouwen werden gemaakt, om de bevrijding te vieren. Op de kaart zijn de gewaden als een kunstvoorwerp dat de drie arme bedelaars verandert in personages uit een Oosters sprookje.’

Het Groninger Museum is voor ongeveer 7 miljoen euro verbouwd en sinds december 2010 weer open. Er is veel vernieuwd omdat het versleten was, maar er is ook een zeer mooi informatiecentrum gekomen, ontworpen door de Spaanse ontwerper Jaime Hayón. Dit moet je zeker gaan bekijken als je in het museum bent, volgens MarianneS.

In het informatiecentrum kun je digitaal bladeren in kunstenaarsboeken en kun je video’s bekijken. Spectaculair is een groot liggend multi-touchscreen, waarop je met meerdere mensen tegelijk de collectie kunt bekijken en associaties kunt maken. Dit scherm bevat ook een prachtig driedimensionaal ontwerp van het gebouw waarmee je virtueel door het gebouw kan lopen. Zo zie je niet alleen precies hoe het gebouw in elkaar zit maar krijg je info over de architecten, hun opvattingen en het ontstaansproces.

Een mooi nieuw snufje in het Groninger Museum is de GMcollector. De GMcollector die je bij de kaartverkoop samen met je kaartje krijgt, is bedacht door IJsfontein. Het is een sleutelhanger waarmee je zelf informatie kan verzamelen over kunstwerken die onderdeel zijn van de hoofdtentoonstelling. Bij sommige schilderijen is er een klein rood lampje waar je je GMcollector voor moet houden om de info op te slaan. Je kan dan je persoonlijke verzameling, na je bezoek aan het museum via een e-mail uit Groningen, thuis bekijken. Ook kan je direct naar het nieuwe informatiecentrum gaan en je GMcollector uitlezen.
‘Maar het stomme vind ik dat het achteraf is. Daarom ga ik er nog een keer kijken met de info die ik nu gelezen heb via die GMcollector. Bij de infobalie zeiden de dames: “Het is een grapje. Het is een soort stikkie waar je info mee opslaat”‘, vertelt MarianneS.

De GMcollector geeft de volgende informatie over het schilderij Derwisjen in feestgewaad, Tasjkent, Oezbekistan 1870, Vasili Vereshchagin:

Op Vereshchagins schets staan Khuffiyya-derwisjen, verdiept in gebed en zwijgzame contemplatie. Onder de islamitische bevolking van het negentiende-eeuwse Centraal-Azië nemen derwisjen – leden van een islamitische soefi-broederschap – een belangrijke plaats in. Een derwisj (Perzisch voor ‘bedelaar’, ‘arme’) is een rondtrekkende asceet die leeft van aalmoezen en God looft. Sommige derwisjen (de Qadiriyya-orde) brengen zichzelf in een staat van religieuze extase door urenlang citaten uit de Koran te reciteren. De zwijgzame derwisjen van de Khuffiyya-orde loven Allah juist in stilte. Maar Vereshchagin is niet geïnteresseerd in de psychische toestand van de derwisjen: hun gezichten zijn verborgen voor de kijker. In plaats daarvan schildert Vereshchagin vol overgave en tot in de kleinste details hun kegelvormige vilten mutsen met bonten rand en hun lapjesdekenachtige feestgewaden die bijeengehouden worden door een fleurige riem. De gewaden kunnen worden gezien als een kunstvoorwerp dat de arme bedelaars verandert in personages uit een oud Oosters sprookje.

Les Ballets Russes was een balletgroep gesticht door Serge Diaghilev. Het balletgezelschap was gek op exotische kleding en gebruikte dus ook de mutsen uit onbekend Rusland. Bij de opvoering van Le Sacre du Printemps zien we de hoge hoeden terug die de bedelaars dragen op het schilderij Derwisjen in feestgewaad van Vasili Vereshchagin. Bij Les Ballets Russes dansten wereldberoemde dansers en danseressen, waaronder de geesteszieke Vaslav Nijinsky. Arthur Japin schrijft in zijn boek Vaslav over deze beroemde danser.