Maria – Suzanne Wouda

In 1621 ontsnapte Hugo de Groot in een boekenkist uit Slot Loevestein. Het plan hiervoor werd bedacht door zijn vrouw Maria van Reigersberch. Hun dienstmeisje Elske van Houweningen hielp mee met de ontsnapping. Wie waren deze vrouwen en waarom waagden zij hun leven voor Hugo de Groot? Suzanne Wouda brengt het leven van deze vrouwen in beeld in de historische roman Maria.


Suzanne Wouda gebruikt voor haar boek Maria nagenoeg dezelfde schrijfstijl als voor haar debuutroman Roeien naar de Volewijck. De hoofdstukken worden afgewisseld met de hoofdpersonen Maria en Elske, met daarbij telkens een plaatsaanduiding en jaartal. Als eerste maken we kennis met Maria, het is augustus 1597. Maria van Reigersberch is de dochter van de burgemeester van Veere. Op 8-jarige leeftijd hoort zij voor het eerst de naam Hugo de Groot. Haar broer Jonas heeft een album amicorum waarin de pas 14-jarige Hugo de Groot, of Grotius zoals hij zich noemt, heeft geschreven. Maria is onder de indruk van de tekst en stelt zich voor dat die jongen ook in haar album schrijft: Pronkjuweel Maria, zo fijnbesnaard.

In maart 1606 vindt de inval van Spaanse soldaten plaats in Bredevoort waar Elske van Houweningen woont. Iedereen wordt vermoord die op hun pad komt. Wonder boven wonder overleeft Elske deze bestorming.

We maken een sprong naar november 1607. Hugo de Groot wordt op 24-jarige leeftijd benoemd tot advocaat-fiscaal van de Hoge raad van Holland, Zeeland en West-Friesland en er is een correspondentie ontstaan tussen Hugo en Maria. Steevast eindigen de brieven met de woorden: ik hoop u weer te zien. Een bezoek van Hugo aan Maria kan niet uitblijven. Samen maken ze een strandwandeling. Ze komen dichter tot elkaar en een huwelijksaanzoek van Hugo volgt snel. In juni 1608 trouwen Hugo en Maria in de Grote Kerk van Veere. Maria is in 1609 in verwachting van hun eerste kind, in een periode waarin Hugo het zo druk heeft. Hij is betrokken bij iedere beslissing van de Staten en hij behandelt de rechtszaken van de provincies. Maar de Compagnie weet hem ook te vinden met vragen over de vrije zeevaart en dan zijn er nog de boeken die hij zelf wil schrijven, de gedichten en vertalingen waar hij aan werkt. Drie jaar later kan Hugo stadspensionaris worden van Rotterdam. Met instemming van Maria verhuizen ze naar deze onbekende stad.

Elske blijft tot 1614 in Bredevoort wonen om daarna het besluit te nemen naar Rotterdam te verhuizen. Via weduwe Simons komt ze bij de familie De Groot die een extra dienstmeisje nodig hebben. Er is een klik tussen Maria en Elske, ze kunnen het goed vinden met elkaar. De spanningen in het gezin lopen op door het harde werken van Hugo en de onrusten tussen prins Maurits en Johan van Oldenbarnevelt – Hugo is een medestander van Van Oldenbarnevelt – nemen toe. De regenten en Johan van Oldenbarnevelt kiezen partij voor de remonstranten en prins Maurits voor de contraremonstranten. De ruzie tussen prins Maurits en Johan van Oldenbarnevelt escaleert hierdoor, met als gevolg dat Johan van Oldenbarnevelt en Hugo de Groot gearresteerd worden wegens landverraad en gevangengezet worden op het Binnenhof in 1618. Van Oldenbarnevelt wordt op 13 mei 1619 onthoofd. Onterecht vindt Maria en zij wil dat hetzelfde lot haar man bespaard blijft. Zij gaat op bezoek bij prins Maurits. Elske reist met haar mee naar Den Haag. Uiteindelijk wordt Hugo veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf op Loevestein. ‘Ik kom ook naar Loevestein’, zegt Maria. ‘Ik laat je niet alleen.’ Elske volgt ze.

Loevestein is kil en koud. ‘De eerste dag van januari is het ergst. Het vooruitzicht dat ze weer een jaar zullen doorbrengen heeft zijn weerslag op iedereen. Hugo is somber en klaagt over duizelingen, van stil moeten zijn worden de kinderen druk. Maria heeft niet de energie om ze tot rust te manen, ze laat het aan Elske over en trekt zich terug in de werkkamer, alleen daar kan ze rustig nadenken.’ De boekenkist… . In haar hoofd broeit iets. Elke avond gaat Hugo in de kist, telkens iets langer. Het juiste moment wordt bepaald om Hugo te laten ontsnappen in de boekenkist. Elske gaat mee zodat ze zeker weet dat de kist bij Johanna Daatselaar wort afgeleverd. Van daaruit zal Hugo naar het zuiden reizen; Parijs.

Suzanne Wouda heeft een mooi verhaal geschreven waarin geschiedenis en fictie een boeiende combinatie is. Maria en Elske zijn twee dappere vrouwen die hun leven op het spel zetten voor Hugo de Groot. Er is al veel geschreven over de rechtsgeleerde en schrijver Hugo de Groot. Nu is er een boek over de beroemdste ontsnapping uit de Nederlandse geschiedenis vanuit het perspectief van twee vrouwen.

Net als het verhaal Roeien naar de Volewijck is Maria vlot en beeldend geschreven. Een aanrader voor geschiedenisliefhebbers! Uitgever: Ambo/Anthos, Amsterdam. Paperback, 344 pagina’s. ISBN: 9 789026 344817. Prijs: € 20,99.