Johanna Hendrika Scholtz in het Diaconie Weeshuis Amsterdam

Het bestaan van een oefenstoplap ter voorbereiding op de ‘mooie’ stoplap is niet erg bekend. In mijn boek Merk- en stoplappen uit het Burgerweeshuis Amsterdam toon ik er één, waarvan ik door de overgeleverde familieverhalen zeker weet dat deze als oefenstop is gemaakt. Toevallig kwam ik er nog één tegen die bewaard wordt in de collectie van het Rijksmuseum van Amsterdam. Hij komt uit het Diaconie Weeshuis van Amsterdam en is gemaakt door het weesmeisje Johanna Hendrika Scholtz.

De 21-jarige kleermaker Dirk Scholtz trouwde op 14 maart 1849 met de 18-jarige Antonetta Louisa van Leeuwen in hun geboorteplaats Amsterdam. Uit dit huwelijk werden vijf kinderen geboren: Dirk Andreas Scholtz (geboren 1851), George Lodewijk Karel Scholtz (geboren 1853), Antonetta Louisa Susanna Scholtz (geboren 1855 en overleden op 30 mei 1862), Louisa Antonetta Scholtz (geboren 1858) en Johanna Hendrika Scholtz (geboren 1861). Op 15 januari 1866 werd de echtscheiding uitgesproken. In 1859 kreeg Antonetta Louisa van Leeuwen steun van het Huiszittenhuis. Op dat moment had haar man haar al verlaten en stond zij als weduwe ingeschreven bij het Huiszittenhuis. In de zomer van 1859 en 1860 en in de winter van 1859 en 1861 kreeg zij steun, hierna werd zij ‘wegens ergelijk gedrag voor altijd afgeschreven’. Op dat moment was haar jongste kind Johanna Hendrika nog niet geboren. Zij kwam op 2 januari 1861 ter wereld. In de papieren van de Broederen Diaconen lezen we: ‘Bij het nazien der Stukken is er bij Uwe Commissie Zoo uit de Aanvrage tot Scheiding als uit de beëedige Verklaringen der Getuigen eenigen twijfel ontstaan omtrent de echtheid der geboorte van het jongste Kind, dan het geboorte bewijs welke het als bepaald echt Verklaart, weerhoudt haar dien twijfel Voedsel te geven.’ Op het geboortebewijs staat Dirk Scholtz als vader vermeld, maar hij had zijn vrouw al verlaten. ‘Wegens mishandelingen en daarop gevolgde Kwaadwillige Verlating van haren man, Verzocht en Verkreeg zij verlof tot Echtscheiding, welke Scheiding tusschen haar eischeres en Gedaagde haren man, wiens woon- en verblijfplaats toen even als nu was en is onbekend’, lezen we in de documenten van de broederen Diaconen. Hierop werd de echtscheiding uitgesproken op 15 januari 1866.

Op 3 december 1868 hertrouwde Antonetta Louisa Scholtz met Jan Peterr Rieken. Dit huwelijk bleef kinderloos. Op 17 augustus 1872 overleed Antonetta Louisa aan een leverziekte. De twee jongste kinderen Louisa Antonetta – oud 14,5 jaar – en Johanna Hendrika – oud 11,5 jaar – werden toen op 7 november 1872 opgenomen in het Diaconie Weeshuis. Louisa Antonetta kreeg huisnummer 86 en Johanna Hendrika huisnummer 119.

Verder lezen we in de documenten van de broederen Diaconen nog de volgende informatie over het gezin: het was een zeer ordelijk en rein gezin, vermoedelijk geen sprake van misbruik van sterke drank, de kinderen zijn naar school gegaan ‘bij een lid der familie Huisonderwijzeresje’, de kinderen zijn gezond, zacht van karakter en onderling goed gezind, het gezin had ‘eene moie wonende op de Bloemgracht, ordelijk gezin’, tot de opname van de kinderen in het weeshuis konden zij zonder gevaar in de woning blijven ‘Voornamelijk bij den Stiefvader, die een Zeer Godsdienstig man Schijnt te Zijn en het lot dezer Kinderen Zegt Zich Zeer aan te trekken, en alles tot hun Voordeel Schikken Zal’.

Johanna Hendrika Scholtz kwam op 7 november 1872 in het Diaconie Weeshuis en verliet het weeshuis in mei 1881 toen zij 20 jaar was. In het Diaconie Weeshuis maakte Johanna twee merklapjes en twee stoplapjes die zij zelf in 1935 aan het Rijksmuseum schonk.


Het eerste merklapje dat zij maakte was een blauw lapje in 1874. Ze oefende het alfabet vier keer in de kruissteek, kastjessteek en stersteek. Deze steken waren geschikt voor het merken van het linnengoed. Op de vijfde regel borduurde Johanna haar initialen IHS – Johanna Hendrika Scholtz – , haar huisnummer 119 en de initialen van haar overleden moeder ALS – Antonetta Louisa Scholtz. In het onderste gedeelte van het merklapje borduurde Johanna diverse initialen van bestuur, personeel en familieleden; zoals MG dat staat voor Moeder M.E. Gildemeester-de Clerq – diacones/pleegmoeder, AHZ staat voor Anna Hendrika Zwarts de breimatres, ALS staat voor haar moeder Antonetta Louisa Scholtz, KLS staat voor haar broer Karel Lodewijk Scholtz, DAS staat voor haar broer Dirk Andreas Scholtz, IHS is de borduurster en weeskind Johanna Hendrika Scholtz, ASS staat voor haar overleden zusje Antonetta Susanna Scholtz, IPR staat voor haar stiefvader Jan Peterr Rieken. Het merklapje wordt afgesloten met AN 1874 No. Hier tussenin borduurde Johanna nog twee vogeltjes, een naaikussen en een naaimand.


In hetzelfde jaar maakte Johanna ook nog een rood merklapje. Ze begint met haar naam IH Scholtz – Johanna Hendrika Scholtz – gevolgd door ALS, haar overleden moeder Antonetta Louisa Scholtz en afsluitend de initialen DAS, haar broer Dirk Andreas Scholtz. In de cartouche staan de initialen DAS en ALS geborduurd. De initialen van haar moeder Antonetta Louisa Scholtz en haar broer Dirk Andreas Scholtz. Wellicht fungeerde haar broer als vaderfiguur omdat ze haar vader nooit heeft gekend. Linksboven de cartouche staan de initialen IPR die verwijzen naar haar stiefvader Jan Peterr Rieken. In het midden van het merklapje staan drie rijen met initialen geborduurd, veel ervan zien we terug op het blauwe merklapje. KLGS staat voor haar broer Karel Lodewijk George Scholtz en ALSS staat voor haar overleden zusje Antonetta Louisa Susanna Scholtz. De merklap wordt afgesloten met bloemen, konijntjes en AN 1874 NO.


Nadat de merklapjes af waren, begon Johanna Hendrika aan de oefenstoplap, met wit katoenen garen op linnen. Linksboven borduurde Johanna haar huisnummer 119 in de kleur rood. Hiermee oefende Johanna voordat zij haar fraaie stoplap met zijden garens op linnen maakte. Ik heb altijd al het vermoeden gehad dat niet alleen in het Burgerweeshuis Amsterdam oefenstoplappen werden gemaakt. Hier zien we het bewijs dat men in het Diaconie Weeshuis Amsterdam op dezelfde wijze werkte als in het Burgerweeshuis Amsterdam. Een interessante ontdekking!


Na de oefenstoplap volgde de fraaie kleurrijke stoplap met zijden garens op linnen. Johanna maakte haar stoplap in 1875. In het midden boven het boeket borduurde Johanna de initialen DS en ALvL. Deze staan voor haar ouders Dirk Scholtz en Antonetta Louisa van Leeuwen. Onder het boeket staat de naam van de borduurster IH Scholtz, Johanna Hendrika Scholtz. Verder staan er veel initialen op de stoplap die we al eerder zagen op de merklapjes. HW zagen we niet eerder en dit staat voor de wollenmatrres Helena Westerdaal.

In een korte tijd maakte Johanna Hendrika Scholtz twee merklapjes en twee stoplappen. Aan het fraaie werk zie je dat zij een uitstekende handwerkster was. Ze heeft de handwerkjes altijd zorgvuldig bewaard en op 74-jarige leeftijd schonk Johanna Hendrika de Beer-Scholtz de merk- en stoplapjes aan het Rijksmuseum. Johanna trouwde op 16 augustus 1894 op 33-jarige leeftijd met de 35-jarige banketbakker Poppe Geert de Beer. Net als haar moeder ging ook Johanna scheiden. De echtscheiding werd op 17 juni 1910 uitgesproken. Blijkbaar hield ze de naam De Beer wel aan.

Conclusie van mijn onderzoek: niet alleen in het Burgerweeshuis Amsterdam werden oefenstoplapjes gemaakt, maar ook in het Diaconie Weeshuis Amsterdam.

© Berthi Smith-Sanders

Foto’s: Rijksmuseum