Houten breischede met een hand


Naar aanleiding van het bericht over People Knitting van Barbara Levine stuurde een lezeres een foto van een houten breischede die prachtig uitgesneden is met bovenaan een hand en vingers en zelfs nagels. Bij de duim is een opening om de breinaald in te steken. Datering van de breischede: 1800-1850. Het is zeer waarschijnlijk een Nederlandse breischede en bestemd voor een vrouw. Voor de schaapsherders waren ze veel grover en meestal met initialen en een jaartal.


Op deze foto zie je duidelijk de hand met de vingers en de nagels.

In deze log kun je meer lezen over de breischede en hier zie je een breister met een breischede.

People Knitting – Barbara Levine


Zo’n 25 jaar geleden kreeg Barbara Levine belangstelling voor oude foto’s en telkens als ze een kiekje vond waarop iemand aan het breien was, moest ze aan haar moeder denken. Een van de vroegste herinneringen aan haar moeder was het kijken naar het breien en het luisteren naar het geluid van de breinaalden. ‘Ik ben zelf geen breister, maar een kijkster’, schrijft Barbara.

Barbara Levine heeft nu een boekje samengesteld met daarin 100 foto’s – van 1860 tot 1960 – met mensen die aan het breien zijn. Het merendeel komt uit haar eigen collectie. Het is een genot om naar deze leuke foto’s te kijken. Hieronder een paar foto’s uit het boekje.


Ambrotype van een echtpaar, circa 1860.


Vaudeville performer Frances White, circa 1915. Library of Congress Prints and Photographs Division.


Breiende mannen, Florida, circa 1918.


Fotograaf J. Peterson, circa 1939. Shetland Museum and Archives.


Voor de soldaten breien in de kapsalon, Londen, 1940. Op de achterkant staat geschreven: ‘The English women, seen here knitting for the soldiers, do not waste time even while having their hair dried. The pieces of knitting on which they are working are provided by the beauty parlor, and each customer is asked to do her bit for ‘the boys.’ She picks up where the previous person left off, and if it is a hard one to do she finds directions attached.’


First Lady Eleanor Roosevelt breit terwijl zij de conferentie ‘We’re in the Army Now’ bijwoont in het Vassar College in Poughkeepsie, New York, 1941.


Een Duitse of Italiaanse zeeman, North Dakota, begin Tweede Wereldoorlog. Franklin D. Roosevelt Presidential Library.


Meisjes die zich bezighouden met het breien en het maken van speelgoed dieren in de handwerkklas van de St. Simon’s Youth Center of the National Youth Administration, Philadelphia, Pennsylvania, 1941. Library of Congress Prints and Photographs Division.


De man breit voor de baby die zijn vrouw verwacht, 1951. Op de achterkant staat geschreven: ‘Took up knitting five years ago for relaxation on advice of his doctor, and he’s since become an expert.’

People Knitting – A century of Photographs van Barbara Levine, ISBN 978-1-61689-392-7.

De Stamhouder – Alexander Münninghoff


Afgelopen dinsdagavond was Alexander Münninghoff te gast bij het Literair Café Helmond. Het thema van deze avond was zijn boek De Stamhouder-een familiekroniek dat in 2014 is verschenen en in 2015 winnaar werd van de Libris Geschiedenis Prijs.

Alexander Münninghoff vertelde in grote lijnen zijn familieverhaal waar ik al grotendeels van op de hoogte was omdat ik het boek had gelezen. Het is een waanzinnige familiegeschiedenis. Zijn grootvader werd een van de rijkste mensen van Letland, maar twee dagen voordat de oorlog uitbrak moest hij met zijn Russische vrouw en vier kinderen vluchten naar Nederland met achterlating van al zijn bezittingen. De vader van Alexander sloot zich aan bij de Waffen SS en vocht uit idealisme tegen de Sovjets. Na de oorlog kwam hij terug naar Nederland en wilde rijker worden dan zijn vader. Hij bleek geen zakenman te zijn en verloor uiteindelijk alles. De vader en moeder van Alexander scheidden na de oorlog, moeder en zoon vluchtten naar Duitsland, maar Alexander werd kort daarna ontvoerd naar Nederland om hier op te groeien bij zijn vader. Dit is een zeer korte samenvatting van het boek. Er gebeurt zo ontzettend veel dat je van de ene verbazing in de andere valt. Het is verbijsterend wat er binnen een familie allemaal kan gebeuren. Alexander Münninghoff heeft een schitterend boek geschreven, je wilt door blijven lezen.

Little Women – Louisa May Alcott


Little Women is geschreven door de Amerikaanse schrijfster Louisa May Alcott. Het eerste deel werd uitgegeven in 1868 en in 1869 volgde deel twee. In Nederland kregen de boeken in 1876 bekendheid onder de titels Onder moeders vleugels en Op eigen wieken.

In 2012 verscheen een bijzondere editie van Little Women die uitgegeven werd door Penguin Books. Rachell Sumpter borduurde een cover in de vorm van een merklap waarop afbeeldingen te zien zijn die met het verhaal te maken hebben.




Al eerder verschenen er ‘geborduurde covers’.

Vlisco 1:1 UN à UN

UN à UN brengt een eerbetoon aan 170 jaar Vlisco-geschiedenis en de opmerkelijke relatie tussen Helmond en Afrika, tussen producent en consument en tussen stofdessin en de verhalen waarvoor de ontwerpen als inspiratie dienen. De arbeiders van de fabriek in Helmond hebben hun vakkennis van generatie op generatie doorgegeven, net zoals de Afrikaanse vrouw de verhalen en mythen achter elk patroon aan haar dochter heeft doorgegeven.

Vlisco werd in 1846 opgericht door Pieter Fentener van Vlissingen en bestaat nog steeds omdat het patroon en de druktechniek van het bedrijf de tijd hebben doorstaan. De productie in Helmond is verbeterd en verfijnd, maar de basis van het waxproces blijft hetzelfde. Door dit proces ziet elke meter bedrukte stof er anders uit dan de vorige.

Vlisco zou niet bestaan zonder de ‘Nana Benz’- de dynamische ondernemers die het bedrijf Vlisco in Afrika hebben helpen opbouwen. Zij zijn de Afrikaanse vrouwen die in Afrika in de stoffen handelden en kwamen met nieuwe ideeën voor patronen en kleuren. De Afrikaanse vrouw staat nog steeds centraal bij Vlisco. Lokale kleermakers maken van de stoffen kleding die de persoonlijkheid van de consument of de identiteit van haar gemeenschap weerspiegelen.


Het klassieke ABC-dessin is een patroon van de Haarlemsche Katoen Maatschappij en kwam voort uit de samenwerking met Ebenezer Brown Fleming. Deze stof is een versie van een andere katoendrukkerij uit die tijd: Ankersmit. Het idee voor dit patroon is hoogstwaarschijnlijk aangedragen door missionarissen. Mensen dragen dit dessin om aan te geven dat ze naar school zijn geweest en kunnen lezen en schrijven. Ze hechten ook belang aan een goede opleiding voor zichzelf en hun kinderen.


Dessin 6 bougies. In mei 1940 kwam de Portugese handelaar Nogueira in Helmond aan en gaf opdracht voor een dessin met zes bougies, dat aangaf dat de drager ervan welvarend was en het is een ode aan de Nana Benz. Maar het dessin kreeg ook een andere populaire betekenis: de vrouw in het midden is sterk genoeg om zes mannen aan te kunnen. Er is ook een ontwerp met acht bougies.


Detail van de kleurrijke expositie Vlisco 1:1 UN à UN in het Gemeentemuseum Helmond.


De presentatie laat zowel klassieke dessins, herinterpretaties als nieuwe ontwerpen zien, en belicht ook de beroemde symboliek van de stoffen.


Vlisco blijft verandering niet alleen accepteren, maar zoekt verandering ook op. Wie weet hoe nieuwe druktechnieken het waxproces kunnen verbeteren, nieuwe ontwerpen kunnen stimuleren en meer flexibiliteit en keuze kunnen bieden?


De expositie Vlisco 1:1 UN à UN is te zien tot en met 12 maart 2017 in het Gemeentemuseum Helmond.

Yinka Shonibare MBE: ‘Paradise Beyond’

Tot en met 12 februari 2017 is in het Gemeentemuseum Helmond een solotentoonstelling van Yinka Shonibare MBE te zien. Op 19 oktober bezocht ik deze prachtige tentoonstelling.

De Brits-Nigeriaanse kunstenaar Shonibare is vooral bekend vanwege het gebruik van stoffen en dessins van de Helmondse textielfabriek Vlisco in zijn werk. Deze zogeheten ‘Dutch wax’ functioneert in zijn installaties als symbool van en herinnering aan het proces van kolonisatie en dekolonisatie.

De stoffen worden door Shonibare opgespannen tot schilderijen, de prints worden gebruikt als inspiratiebron en veelal worden de stoffen verwerkt tot kleding in Victoriaanse stijl. Zo verwijst hij naar de periode dat het Britse imperium en ook het kolonialisme op haar hoogtepunt was: het Victoriaanse tijdperk (1837-1901). Vanaf het einde van deze periode werd de Vlisco stof populair in Afrika. Sinds de jaren zestig van de vorige eeuw staan de stoffen voor Afrikaanse identiteit en onafhankelijkheid. De stof oogt Afrikaans, is gebaseerd op Indonesische batik, en wordt gemaakt in Helmond. Dat alles staat voor Shonibares motto: niets is wat het op het eerste gezicht lijkt te zijn.


The Pursuit (2007) verbeeldt een ontmoeting van twee geliefden in een tuin. De mannelijke figuur probeert de vrouwelijke figuur van zijn liefde te overtuigen, maar zij lijkt weg te vluchten. De voorstelling is gebaseerd op een schilderij met dezelfde titel van de Franse kunstenaar Jean-Honoré Fragonard (1732-1806).


De kleding van de figuren in The Pursuit zijn fijn afgewerkte 18e eeuwse kostuums van Vlisco stof, die de sociale status van de personages benadrukken. Zinspelend op het begin van de Franse Revolutie, verbeelden deze karakters de laatste zuchtjes van zorgeloze vrijetijdsbesteding van de Franse aristocratie tegen het einde van de 18e eeuw.


In Adam and Eve (2013) zien we twee Bijbelse figuren onder een boom staan. Een slang die uit de boom kruipt, verleidt Eva om van de verboden vrucht (een appel) te eten. Op de achtergrond zien we Adam die ogenschijnlijk zijn handen verschrikt omhoog reiken. De zondeval is ingezet. In het Bijbelse verhaal Genesis schamen de figuren zich vanaf dat moment voor hun naaktheid en zijn Adam en Eva sterfelijk geworden. Verdrijving uit het paradijs volgt.


Cannonball Heaven (2011) verwijst naar het koloniale tijdperk, toen oorlogen veelal op zee gevoerd werden. Het bestaat uit een kanon en twee figuren die samen kanonskogels afvuren naar een hoek van de zaal. Daar is een grote berg kanonskogels te zien, die bekleed zijn met Vlisco stoffen. Het kanon is een replica van de exemplaren die meevoeren met de HMS Victory. Doordat de kanonskogels van stof zijn, wordt de macht van het Britse rijk in Shonibares verbeelding geneutraliseerd en verzacht. Het is in die zin een onmogelijke situatie: oorlog wordt gesuggereerd, maar het is niet mogelijk deze te realiseren. De macht, gesymboliseerd door de kanonskogels, is dus impotent. De zachte kanonskogels, die lijken op speelgoedballen, kunnen immers onmogelijk iemand verwonden. De kleding van de twee figuren die het kanon afvuren benadrukken de hiërarchische positie van verschillende sociale klassen in de maatschappij. In dit geval dragen de mannequins de kleding van de officieren van de zeemacht, uitgevoerd in de rijke Vlisco patronen.


Detail van de kleding van de officieren van de zeemacht.


Little Rich Girls (2010) bestaat uit 15 Victoriaanse jurkjes die elk opgehangen zijn aan een eigen korset, waardoor ze een uitgesproken vorm krijgen. Doordat ze elk aan een eigen hangertje hangen, lijkt het alsof we de kledingkast van een rijk Victoriaans meisje bekijken. De jurkjes zijn gemaakt van Vlisco stoffen en tonen hoe Shonibare zich voorstelt op welke manier rijke Victorianen hun kinderen zouden kleden.

Binnen de tentoonstelling staat deze installatie voor genotszucht en de overmatige consumptie in de westerse wereld. De zucht naar geld en het verlangen naar meer is de overgangsfase tussen het paradijs en de fase van conflict en revolutie.

Bron teksten: Gemeentemuseum Helmond

Stukjes Hemelblauw van Sue Durrant


Gezellige post kwam er binnen! Het boek Stukjes Hemelblauw van Sue Durrant kreeg ik toegestuurd door The Book Girl wat een erg leuke verrassing was! Zoals je op de foto ziet is er veel aandacht besteed aan de presentatie van het boek; een lint met daaraan een kaart met de tekst ‘Veel leesplezier’ en onder het lint een velletje papier waarop mooie recensies staan te lezen over de debuutroman van Sue Durrant.

Stukjes Hemelblauw van Sue Durrant werd besproken bij de Wereld Draait Door (bij 04.55 minuten). ‘Het is een hoopvol boek en een boek vol liefde’, volgens Manda Heddema.

Cornelis Springer (1817-1891)


MaaikeW: ‘In het voorjaar waren we in het Openluchtmuseum in Enkhuizen en bij de werken van deze schilder heb ik mijn ogen uitgekeken. Hij had een voorkeur voor Zuiderzeesteden waaronder Makkum wat voor mij erg bekend was. Ik vond het heerlijk om te lezen dat hij meer mensen in de straat schilderde dan daadwerkelijk aanwezig waren op straat. Ook liet hij mensen in zijn atelier komen, had hij kledij beschikbaar om hen te schilderen alsof ze daadwerkelijk op dat moment in die straat bezig waren. Kledij van verschillende status stond erbij in de tentoonstelling, ik kan me voorstellen dat de verschillende standen vroeger meer gescheiden leefden als op dit schilderij.’

Afbeelding textielkaart: Trekpaarden met een mallejan in de Zuiderkerkstraat, Elburg (1879) van Cornelis Springer (1817-1891).


MaaikeW: ‘Ik moet even turen naar deze textielkaart, maar er staan toch daadwerkelijk dames in klederdracht op, deze Friese kledij aangezien dit kaartje uit Makkum komt, tenminste het schilderij. Zie je de tegeltjes boven het meest rechtse huis? Zou dit het oudste bedrijf van Nederland zijn, Koninklijke Tichelaar Makkum? Ik weet niet of een familiehuis van de Koornstra’s er ook op staat maar dat staat ook in deze straat, ook aan deze kant. Omdat Springer verhullend schilderde, namelijk de werkelijkheid mooier maakte dan het was, is dit zo op het oog niet te zien. Het blijft hoe dan ook een fijn zoekplaatje van een dorp waar ik graag kom.’

Afbeelding textielkaart: Gezicht op de Buren, Makkum (1871) van Cornelis Springer (1817-1891).