Handwerken zonder Grenzen 188


Het is alweer zover, het nieuwe nummer van Handwerken zonder Grenzen is verschenen en het is wederom een nummer met veel informatie en inspiratie. Het is uiteraard teveel om hier alles te vermelden, maar laat ik een greep doen uit het aanbod.

Ook al verdiep ik me inmiddels al enkele jaren in het textiel, toch blijven er altijd onderwerpen over die nog niet op mijn pad zijn gekomen. Een voorbeeld hiervan is het kantwerk van Saba. Saban Lace heeft een stempel gedrukt op de economie en de cultuur van het eiland. In een samenleving van mensen met totaal verschillende achtergronden zijn de vrouwen samen gaan werken om hun levensomstandigheden te verbeteren. De ‘Lace Ladies’ borduren verder aan de identiteit van Saba. Ze houden de kunst van het naaldwerken in leven, ze delen kennis en wisselen ondertussen het laatste nieuws uit.
Wil je de Saban Lace leren kennen dan kun je aan de slag met een boekenlegger.

LiLian Kruip vertelt het verhaal over de verzamelwoede van Electra Havemeyer Webb (1888-1960) en haar man James Watson Webb. In 1947 wordt een begin gemaakt met het Shelburne Museum. Electra koopt oude huisjes en boerderijen uit de Vermont en omgeving om er een nieuw dorp mee op te bouwen. Tot op de dag van vandaag wordt het museum verrijkt met bijzondere donaties.

Het is altijd mooi als je meer weet over de maakster van een merk- en/of stoplap. De zoektocht naar Johanna van de merk(borduur)- stoplap uit 1803 kunnen we lezen in nummer 188.

Op pagina 37 begint een interview met Henny Abbink en haar dochters Anke en Connie Grevers. Als je een regelmatige bezoeker bent van handwerkbeurzen dan heb je deze dames vast eens ontmoet. In 2009 brachten zij het boek Gelderse Gebreide Mutsen uit. Inmiddels zijn er ook al twee boeken verschenen met het onderwerp gebreide kralentasjes en een boek over gebreide poppensokjes en -kniekousjes.

Theo Colenbrander (1841-1930) was een veelzijdig kunstenaar die het Nederland van zijn tijd verraste met oorspronkelijke ideeën en ontwerpen. Op basis van spiegeling, herhaling en verschuiving van patronen bracht hij spannende symmetrische vormen aan. Toegepast op tapijtontwerpen met onverwachte, opvallende kleurencombinaties, leidde dit tot de typerende ‘Colenbrandertapijten’.

Het werk van Els van Baarle vind ik fantastisch. Leuk om een interview met met haar te lezen in het nieuwe nummer van Handwerken zonder Grenzen. Els bewerkte voor mij een mangeldoek op een prachtige manier.

Als laatste wil ik het Schots tapijt van 164 m onder de aandacht brengen. Museum Veere stelt van 30 mei tot en met 26 juli 2015 een uniek tapijt tentoon, waar vrijwilligers uit 33 landen aan hebben meegewerkt. Het initiatief daarvoor is genomen in Schotland. In 2012 ontstond het idee om een wandtapijt te maken over de Schotse diaspora. Een goede reden dus om deze zomer een bezoek te brengen aan Veere dat te combineren is met andere textieltentoonstellingen. In Middelburg nodig het Zeeuws Museum onder de noemer ‘in HANDWERK’ ontwerpers en vakopleidingen uit om aan de slag te gaan met ambachtelijke technieken. Historisch Museum de Bevelanden laat merk- en stoplappen zien en van de zomer ‘B(l)oeiende quilts’.

Escher in het Paleis


Twee dagen besteedde ik aandacht aan de expositie 145 jaar Bijenkorf, 100 mooiste affiches. Op 15 maart bracht ik een bezoek aan Escher in het Paleis in Den Haag. En weet je dat Escher in 1933 pakpapier heeft ontworpen voor de Bijenkorf?


Tijdens de zeereis op de Middellandse Zee – 1936.


Nu we het toch over Escher hebben laat ik maar gelijk enkele foto’s zien van zijn werken. Zoals je wellicht weet heeft hij ongelooflijk mooie kunstwerken gemaakt. Een bezoek aan het museum in Den Haag is dan ook een aanrader.


Hand met spiegelende bol (zelfportret in bolspiegel) – litho uit 1935.

Escher speelt een mysterieus spel met spiegels en spiegelbeelden. Naast een groot aantal zelfportretten gebruikt hij weerspiegelingen op een aantal manieren. Bij een zelfportret moet altijd vanuit een spiegel worden gewerkt, zijn vroegste zelfportret maakt hij in 1917, hij is dan negentien. Escher werkt vaak met een bolle spiegel. Door de vertekening van de bolling wordt de omgeving in breedbeeld weergegeven. Dit intrigeert des te meer doordat dan de ruimte achter de kunstenaar is te zien.


Escher ontwerpt een tegelpatroon voor de vloer en de muren van het tweede appartement in de Via Alessandro Poerio, waar het gezin van februari 1927 tot 1935 woont.

Vervolg 145 jaar Bijenkorf, 100 mooiste affiches


Het linker affiche uit 1920 is een ontwerp van Herman van den Boogaard (1891-1977) die in 1913 bij de Bijenkorf kwam. Hij ontwierp advertenties en affiches en verzorgde de inrichting van het warenhuis. Samen met Pieter Das en John Janssen gaf hij na de Eerste Wereldoorlog een totaal nieuw gezicht aan de reclame van de Bijenkorf. Het affiche rechts is een ontwerp uit 1959 van Theo Stradmann. De huishoudweek werd voortgezet onder de naam huishoudfair, met de nieuwste snufjes en artikelen op huishoudgebied voor de moderne huisvrouw.


Links een affiche uit 1957 van Theo Stradmann. In de decembermaand konden de klanten van de Bijenkorf inspiratie voor hun feestmenu opdoen tijdens het culinaire evenement Kijken en Keuren, met een breed assortiment aan specialiteiten en delicatessen, en demonstraties van koks en fabrikanten in kleurrijke marktstands. Theo Stradmann heeft een herkenbare schilderachtige stijl met helder kleurgebruik. Het rechter affiche is uit 1919 en een ontwerp van Karl Hentschel. De Witte week was een van de Franse warenhuizen afgekeken verkoopactie met huishoudtextiel, in 1915 door de Bijenkorf geïntroduceerd.


De bekende landenacties vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw waren een idee van marketing-genie Martin Lederman. De succesvolste was de Amerika-actie in 1955. In 1984 werden de eerste Drie Dwaze Dagen georganiseerd. Voor alle acties werd het hele warenhuis in de betreffende sfeer gebracht.



De expositie 145 jaar Bijenkorf, 100 mooiste affiches wordt gepresenteerd in de Centrale Hal van het Stadsarchief Amsterdam en is te zien tot 24 mei 2015. De toegang is gratis.

145 jaar Bijenkorf, 100 mooiste affiches


De Bijenkorf viert dit jaar zijn 145ste verjaardag. De expositie in het Stadsarchief Amsterdam laat de 100 mooiste affiches zien die de Bijenkorf in de loop der jaren heeft uitgegeven. Het Stadsarchief beheert het historisch archief van de Bijenkorf, waarvan de collectie affiches een onderdeel is.


Een ijzersterke traditie in goede vormgeving, dat is een belangrijk kenmerk van de Bijenkorf. Het ‘magazijn de Bijenkorf’ begon aan de Nieuwendijk en maakte alleen reclame voor de jaarlijkse thema-uitverkopen met advertenties in (joodse) kranten en handelsbladen in Amsterdam. Na de opening van het nieuwe warenhuis aan het Damrak in 1914 begint de Bijenkorf gebruik te maken van affiches in de etalages en winkelpresentaties. Sindsdien worden bekende en minder bekende ontwerpers gevraagd om de affiches vorm te geven.


De affiches geven een goed beeld van de geschiedenis van de Bijenkorf en van de ontwikkeling in de grafische vormgeving gedurende de 20ste eeuw. De tentoonstelling is ingedeeld in thema’s: Acties & Evenementen, Feestdagen, Kunst & Tentoonstellingen, Wonen & Lifestyle en Mode. Vanwege de kwetsbaarheid van het materiaal kunnen de originele affiches niet in de met daglicht verlichte ruimte worden getoond. Op de tentoonstelling zijn daarom reproducties te zien.


De adembenemende etalages tijdens de feestdagen waren een reden om een bezoek te brengen aan het warenhuis, al was het alleen om te kijken. Jarenlang presenteerde de Bijenkorf zich als ‘hofleverancier van St. Nicolaas’. De eerste speciaal voor kinderen ingerichte etalage was de ‘Berenbruiloft’ in 1926, waarin van alles bewoog. Een reclamefilm over Sinterklaas uit 1933 met als titel ‘De Bijenkorf heeft ’t’ illustreert de bekende slogan dat het warenhuis alles in huis heeft.

De affiches waren onderdeel van de algehele decoraties in en rondom het warenhuis. In het begin van de jaren zestig uit de vorige eeuw maakten de beroemde klimpieten hun entree in de Amsterdamse vestiging. In de loop der jaren werd ook het kerstfeest meer en meer een sociale gebeurtenis. Het feestseizoen wordt sinds 2008 door de Bijenkorf ingeluid met het evenement ‘Turn on the Lights’.

Het linker affiche op de foto laat het oudste affiche op de tentoonstelling zien. Deze dateert uit 1916 en is een ontwerp van Pieter Das (1881-1937). Het rechter affiche dateert uit 1947, de ontwerper is onbekend.


Het linker affiche waarvan de ontwerper onbekend is dateert uit 1954. Rechts een affiche uit 1957 van Theo Stradmann.

Morgen volgt het tweede en laatste deel van de expositie 145 jaar Bijenkorf, 100 mooiste affiches in het Stadsarchief Amsterdam die tot 24 mei 2015 is te zien.

Vrouw en Werk


Tineke: ‘Met enige vertraging is hier de kaart uit Helmond. Tot 1900 werden kantoren louter bevolkt door mannen. Typemachine en telefoon brachten hierin verandering. Voor het werken met deze apparatuur achtte men ongehuwde vrouwen uit de burgerij uitermate geschikt. Zo te zien heeft de dame in kwestie een kleurig gebreid deux-pièce aan. Dat past weer bij jouw textiel-interesse. Bovendien draagt de schrijfmachine jouw (of eerder gezegd Peters) familienaam.’

De tentoonstelling Vrouw en Werk in het Gemeentemuseum Helmond is te zien tot en met 7 juni 2015.

Stadsarchief Amsterdam


Op de expositie in Goes is er naast de fraaie merk- en stoplappen ook prachtig breiwerk uit het Burgerweeshuis Amsterdam te zien. Overigens kan ik pas sinds kort met zekerheid zeggen dat het breiwerk uit het Burgerweeshuis Amsterdam komt. Graag had ik in mijn boek een hoofdstuk willen besteden aan breien, alleen leverde mijn onderzoek toentertijd niets op. De draad werd enkele weken geleden opnieuw opgepakt en tot mijn grote verrassing heb ik nu meer feiten gevonden. Wellicht gaat dit leiden tot een artikel…

Vandaag was ik dan ook te vinden in het Stadsarchief Amsterdam om te speuren naar informatie!

Merklap uit midden/oost Friesland

De Friese merklap is bij velen bekend, althans de lap die in de breedte is geborduurd met de herkenbare stijl die vaak uit het noorden van Friesland komt. Ook kenmerkend zijn de Friese merklappen die min of meer vierkant zijn en qua motieven veel overeenkomen met de lappen die in de breedte zijn geborduurd. Dan hebben we nog de letterlappen die in de lengte zijn geborduurd en veelal afkomstig zijn uit de zuidwesthoek van Friesland. Dan blijven de lappen uit midden/oost van Friesland over.


De eerste zaterdag van maart was ik in Maarn waar de jaarlijkse Antiek Textiel Markt plaats vond van de Nederlandse Kostuumvereniging. Ik had twee tafels gehuurd voor de verkoop van textiel/handwerk uit mijn eigen collectie waaronder enkele merk- en stoplappen. Zo had ik ook bovenstaande merklap bij me. Ik wist dat de merklap zeer waarschijnlijk uit het noorden van Nederland kwam en meer informatie had ik niet. Een datum ontbreekt op de lap en ik dateerde de lap op tweede helft 19e eeuw. Een dame uit Friesland kwam de merklappen bekijken en zei meteen dat deze merklap uit Friesland kwam, midden/oost Friesland om precies te zijn. Zij is hier van overtuigd omdat in haar collectie een vergelijkbare merklap zich bevindt.

Beide merklappen zijn geborduurd in de kleuren rood, groen, lichtblauw en beige. De afmeting van mijn merklap is 37 x 33 cm, de andere lap is 41 x 44 cm groot. Beide merklappen zijn geborduurd op hetzelfde grovere los geweven linnen. ‘Dat soort linnen is een product van het vlas wat in die streek verbouwd werd (veengrond). Op de kleigrond in Friesland zie je een veel betere/mooiere kwaliteit linnen en zijn de merklappen ook veel voller geborduurd’, kreeg ik als uitleg. Een logische verklaring. Mijn merklap is niet gedateerd, de andere lap heeft het jaartal 1755. Ik ben verder gaan zoeken op de website van Friese merklappen en vond daar eveneens vergelijkbare merklappen zoals deze. Ze zijn allemaal ongeveer uit midden 18e eeuw. Conclusie: mijn merklap uit midden/oost Friesland is zeer waarschijnlijk 100 jaar ouder dan ik vermoedde. Een bijzondere ontdekking.


Als we de achterkant bekijken zien we lange draden hangen, iets dat we vaker tegenkomen bij de Friese merklap.

Selfcantus tijdens Textiel Festival Leiden 2015


Van woensdag 13 tot en met zaterdag 16 mei 2015 vindt het vijfde Textiel Festival plaats in de St. Pieterskerk in Leiden.

Lichel van den Ende zal deze manifestatie op 13 mei om 10.00 uur openen met een performance. Vele objecten, draagbare kostuums, zullen gepresenteerd worden.

Als Community Artiest, beeldend kunstenaar, roept Lichel mensen op die enthousiast zijn om gezamenlijk een object te creëren. Reeds is gepresenteerd: Sokken-, Ondergoed- en Knopenobjecten. Het Verlorenhandschoenen project is nog in volle gang.

Voor deze gelegenheid maakt Lichel de creatie Selfcantus samen met liefhebbers van de kruissteek. Tijdens deze vier dagen wordt ter plekke een enorm kostuum vervaardigd van honderden kleine stukjes borduursels, aangedragen door vrijwilligers die al maanden eerder zijn benaderd door Lichel via kranten en andere media. Nog steeds kunnen creatieve mensen zich aanmelden om een klein stukje stof op eigen wijze te borduren.
Ben je geïnteresseerd stuur dan een e-mail naar Lichel: selfcantus.lichel@hotmail.com

Meer informatie over dit project kun je hier vinden.